Onder de CEO’s van de vijfhonderd
grootste bedrijven ter wereld zijn er slechts zes met een Nederlands diploma.
Een slechte score vergeleken met de buurlanden.
Onderzoekers van de Franse grand
école Mines Paris Tech maakten een nieuwe ranking van universiteiten op basis van de alma maters van internationale
topmannen. Ze gebruikten daarvoor de lijst van de vijfhonderd grootste
multinationals van het tijdschrift Fortune.
Daarop staan dertien geheel Nederlandse bedrijven en twee bedrijven die
deels hier, deels in het buitenland zijn gevestigd. Maar van de vijftien
bestuursvoorzitters studeerden er slechts vijf aan een Nederlandse universiteit.
De CEO’s van de Rabobank, Akzo Nobel en Shell zijn allen alumni van de
Erasmus Universiteit Rotterdam. Jeroen van der Veer, de topman van Shell,
behaalde daarnaast een diploma van de Technische Universiteit, terwijl de CEO
van Akzo Nobel ook in Groningen studeerde.
De Amsterdamse Vrije Universiteit staat op de lijst met oud-student
Gertjan Lankhorst, bestuursvoorzitter van GasTerra, terwijl de Technische
Universiteit Eindhoven de topman van Philips leverde: Gerard
Kleisterlee.
Er is slechts één niet-Nederlandse multinational met een Nederlandse
alumnus aan het roer: de topman van het supermarktconcern Morrisons (Marc
Bolland) bracht zijn studententijd door aan de Rijksuniversiteit in
Groningen.
Ieder land krijgt één punt per alumnus of een half punt wanneer de topman
ook aan een andere universiteit studeerde. Al met al levert dat Nederland 5,5
punten op. Met 7,5 punten deed buurland België het zowel relatief als absoluut
beter. Frankrijk, Duitsland en Groot-Brittannië staan in de top vijf, achter de
Verenigde Staten en Japan.
