Onze columniste en Journalistiek-studente Noah Moeys over leven in tijden van corona. Ze belt haar oma en opa.
Buiten hangt iets. Je ziet het niet en het is levensgevaarlijk. Reden genoeg om bang te zijn. Die kwetsbare oudjes, de opa’s en oma’s die de meeste kans maken om zo’n virus niet te overleven: zijn zij bang?
Mijn oma is tachtig en woont al vijftig jaar in Italië, in Lombardije om precies te zijn. Ze vindt het maar niks, hoe het nu is. ‘Alles is verboden,’ vertelt ze aan de telefoon, ‘alleen met een speciale vergunning kan ik mijn hond nog uitlaten in het bos.’
Ze schatert wanneer ze vertelt dat er zelfs honden worden verhuurd voor 10 euro per kwartier, want iedereen snakt naar het maken van een ommetje. Boodschappen doet ze met mondkapje en handschoenen. Het geheim is etherische olie onder je neus smeren. Dat had ze laatst in Oman gekocht en bevat veel alcohol, dat zou helpen om het virus te doden.
Haar balletschool moest helaas sluiten. En het gevaar voor het virus is nog lang niet geweken. Hoe ga je daarmee om, oma? ‘Je moet het organiseren. Ik loop, ik fiets, ik maak schoon en kom tijd te kort.’
Haar hometrainer staat mooi onder de bloemetjes in haar tuin. Ze werkt zes dagen per week als gymnastiek-, pilates- en balletinstructrice.
Maar oma is niet zo doorsnee. Dus ik vraag het aan opa Wim (81), die in Eindhoven woont en met pensioen van Philips is.
‘Bang? Neuj.’ Klinkt de zware stem door de telefoon. Vanochtend was hij nog zelf boodschappen doen, maar dat laat hij voortaan aan ‘de lieve buren’ over. Een tachtiger met corona, die valt vroeg of laat wel om, volgens hem. Dus Wim en Rie isoleren zich. ‘Heel gezellig hoor, lekker in de tuin werken’, aldus opa. Wel doet het hem denken aan de oorlog: ‘Dan komt het mooiste en het ongeliktste in mensen naar boven.’
De zus van opa woont met haar man twee straten bij mij vandaan in Utrecht. Tante Ans (84) en Ome Jan (84) zitten ook in ‘vrijwillige quarantaine’. Voor Ans is dat niets nieuws. Het afgelopen jaar was ze erg ziek en heeft ze het gros van het sociale contact al verbroken.
Herinneringen van de oorlog komen ook bij hen naar boven. ‘Het hamsteren, de risico’s, de angsten: die zie je nu allemaal weer verschijnen,’ zegt Ans. ‘Om nu zo’n gevoel te hebben is bizar.’ Maar ze blijven er nuchter onder. ‘Dood moeten we toch een keer. Ik maak me meer zorgen over de maatschappij,’ aldus Jan. En het wc-papiertekort dan? Ans legt het uit. Je knipt de kranten in stukjes, maakt er een gaatje in, rijgt ze aan een touwtje en hangt het bij de wc. ‘Makkie.’
En zo is het. Zoek een oplossing en houd je hoofd koel. We hoeven het ook niet moeilijker te maken dan het is.