De Onderwijsinspectie heeft het onderzoek naar alternatieve afstudeertrajecten bij de HU gesloten. Wel dient de hogeschool de Onderwijs- en Examenregeling (OER) op enkele punten aan te passen.
Dat meldt de inspectie in een brief van 22 september aan het college van bestuur. Naar aanleiding van een ondeugdelijk afstudeertraject bij Inholland startte de inspectie een onderzoek bij alle hogescholen. De HU was een van de instellingen waar een nader onderzoek plaats vond.
Met name een van de afstudeerroutes bij de opleiding technische bedrijfskunde werd onder de loep genomen. Geconstateerd werd dat er met de kwaliteit van het onderwijs niks mis is, maar wel zijn er tekortkomingen bij de OER en de werkwijze van examencommissies. Die moesten worden aangepakt.
Het college heeft daarop ‘adequate maatregelen’ genomen waardoor de OER op belangrijke punten is verbeterd, stelt de inspectie vast. Zo is er betere informatie opgenomen over vrijstellingen, de cursusbeschrijvingen en de studielast.
Wel moet de volgende jaren expliciet worden vermeld hoe de HU-brede OER zich verhoudt tot de facultaire paragrafen. Daarbij staan de eindkwalificaties in een bijlage in de studiegids, terwijl zij in de OER opgenomen dienen te zijn. Ook is de informatie over de deeltijdopleiding in de OER en de studiegids te summier, signaleert de inspectie.
‘Er op vertrouwend’, zo besluit de brief, ‘dat bovenstaande punten uw aandacht zullen krijgen, sluiten wij hierbij het onderzoek naar alternatieve toets- en afstudeertrajecten voor uw instelling.’