Pieter Cornelissen, programmadirecteur Onderwijsinnovatie aan de HU, is een van de winnaars van de SURF Onderwijsawards, de jaarlijkse prijs voor ‘changemakers’ in onderwijsvernieuwing. In gesprek met een bescheiden winnaar.
Cornelissen is volgens de jury ‘een man met een scherpe visie’, ‘iemand die als geen ander schakelt tussen bestuurlijk-strategisch en operationeel niveau’ en ‘een grote inspiratiebron voor medewerkers en medebestuurders.’ Als programmadirecteur onderwijsinnovatie heeft hij de onderwijsvisie voor de HU ontwikkeld waarin cocreatie met het werkveld, blended learning en gepersonaliseerd leren centraal staan.
Zelf reageert hij er met gepaste nuchterheid en bescheidenheid op. ‘Eigenlijk is de prijs voor de hele HU. En vooral de docententeams zijn cruciaal in de onderwijsinnovatie. ‘In de afgelopen vier of vijf jaar hebben we binnen de HU de innovatie van onderwijs vormgegeven. Bijna alle opleidingen zijn bezig met onderwijsinnovatie. Daarbij is de visie leidend, maar de docententeams hebben de ruimte om daar zelf invulling aan te geven. In hun eigen context, in hun eigen tempo. ‘
Is dat het recept voor succes: een duidelijke visie en ruimte voor teams?
Er zijn nog wel een paar ingrediënten. De organisatie moet ondersteuning geven aan docenten om vernieuwing te realiseren. Dat doen we door daar veel geld voor uit te trekken, zo’n 10 tot 11 miljoen euro. En we doen dat door ondersteuning te bieden aan docententeams, door een support- en expertteam bestaande uit andere docenten binnen de hogeschool.’
Maar is de HU verder dan andere hogescholen?
‘Ik denk het wel. Bijzonder aan de HU is dat we het over de volle breedte van alle opleidingen doen. En we richten ons op het herontwerp van opleidingen. Daarbij spelen alle ontwerpdimensies uit de onderwijsvisie een rol. We brengen docenten en docententeams met elkaar in verbinding waardoor we in staat zijn om van elkaar te leren. Dat wordt door docenten zeer gewaardeerd. En we houden het al jarenlang vol. Want het kost nou eenmaal tijd. Maar een deel is ook al heel ver: denk bijvoorbeeld aan het Instituut voor Gebouwde Omgeving, de educatieve opleidingen met blended learning, Sociaal Juridische Dienstverlening, Verpleegkunde.
En dan hebben we nog de cocreatie met beroepspraktijk. Selficient natuurlijk, maar ook de shoulder community bij Fysiotherapie. En er zijn nog meer van die hele mooie voorbeelden.’
Zeker mooie voorbeelden. Maar voelt de gemiddelde HU-student het? Stijgt de tevredenheid al in de Nationale Studenten Enquete (NSE)?
‘We gaan pas echt de effecten zien over een jaar of drie, vier. Uiteindelijk willen we goed opgeleide beroepsprofessionals, daar gaat het om. Het onderwijs van de HU is echt aan het veranderen. Zo hadden we drie jaar geleden nog geen enkele cursus in HUbl staan, nu zijn dat er al bijna 3500. En we werken steeds meer met leerteams. Daardoor is er meer persoonlijke aandacht voor studenten. En dat waarderen die studenten.’