Over vrijwel elke opleiding bestaan vooroordelen. Welke zijn dat en hoe ga je ermee om? Deze week de studie Journalistiek. Op Instagram vroegen we jullie: waar denk jij aan bij deze opleiding? De antwoorden: ‘Heel creatief’, ‘Werken bij de krant’, ‘Links en activistisch’, ‘Vrouwen’, ‘Extravert en op de voorgrond staan’, ‘Feestbeesten’, ‘Rijkswaterstaat is jaloers op hoe goed ze hun longen kunnen asfalteren’ en ‘Alleen maar witte mensen’. Vierdejaars student Merveille Tandu-Pedro (21) reageert.
Klopt het dat bij de opleiding Journalistiek vooral witte studenten zitten?
‘Ja. Er is niet veel diversiteit. Dat vind ik jammer. Studenten die journalistiek studeren, moeten uiteindelijk Nederland representeren. En Nederland is heel divers. Als de opleiding die diversiteit al niet weerspiegelt, dan is dat wel een probleem. Ik vind het belangrijk dat de school daarom meer z’n best gaat doen om studenten van kleur binnen te halen. Tot nu toe gaan er weinig studenten van kleur heen, omdat ze bang zijn dat ze de enige zijn. Dat zou ze niet moeten tegenhouden, maar ik begrijp het wel.’
En is de studie heel links?
‘Dit hoor ik vaak en ik moet zeggen dat de studenten vaak links zijn. Hoe dat kan, dat weet ik niet zo goed. Misschien past het bij de studie past. Zelf ben ik niet per se links of rechts. Ik zit meer in het midden, bij het ene onderwerp neig ik meer naar links, bij de andere naar rechts. Ik vind dat verschil tussen de twee kanten soms moeilijk. Links of rechts definieert je niet als persoon. Rechts betekent niet dat je racist bent en links betekent niet dat je veganist bent, terwijl veel mensen dit wel denken.’
Studeren vooral veel vrouwen journalistiek? ‘Dat valt mee. Mijn klassen zijn altijd gemixt. Misschien nét iets meer vrouwen, maar ook veel mannen.’
Moet je creatief zijn voor de studie?
‘Een beetje. Ik zei altijd dat ik niet creatief ben, omdat ik niet goed ben in tekenen en knutselen. Maar creativiteit gaat veel verder. Je moet bij deze studie originele ideeën bedenken voor onderwerpen, invalshoeken of interviewkandidaten, waarmee je een productie maakt. Dit leer je ook op de studie en je kunt dit ontwikkelen, maar een beetje creativiteit is handig.’
En moet je extravert zijn?
‘Je moet een beetje moedig zijn en makkelijk met mensen praten. Om me heen zie ik veel extraverte studenten. Dat zie ik aan de manier van doen en laten en hun manier van kleden. Maar het hoeft niet per se, ik ben zelf ook niet heel extravert.’
En zijn het feestbeesten? Met veel borrels en feestjes, veel drinken, veel roken?
‘Ik denk dat ik een slecht voorbeeld ben, want ik ga niet uit, rook niet en borrel heel weinig. In mijn klas hoor ik wel mensen praten over feestjes. Het hoort voor de meesten gewoon bij het studentenleven, maar ik heb niet het idee dat journalistiekstudenten bizar meer feesten dan andere studenten.’
Ga je hierna bij een krant werken?
‘Dat zou kunnen, maar journalistiek is zoveel breder dan dat. En het wordt alleen maar breder door nieuwe ontwikkelingen. Niet iedereen wil voor een krant werken of houdt per se van schrijven. Ik vind zelf presenteren leuk, meewerken aan talkshows, social media en podcasts.’
Klopt het dat de studie makkelijk is? En dat er geen studiebollen op zitten?
‘Er zijn allerlei studenten. De een komt van mbo, een ander van vwo. De een vindt het moeilijker dan de ander. Persoonlijk denk ik dat het niet de allermoeilijkste studie is. Het is geen wiskunde bijvoorbeeld. Maar het is ook niet zo dat we stilzitten, we hebben genoeg deadlines en toetsen. Ik ben nu bezig met de specialisatie Burger Politiek en Maatschappij, daarbij moeten m’n hersenen soms echt kraken. Ik word uitgedaagd om nog kritischer te kijken naar bepaalde vraagstukken.’
Waarom ben je journalistiek gaan studeren?
‘Toen ik tien jaar was, zag ik een film op Zapp. Het ging over een onderzoeksjournalist die een Afghaans vluchtelingengezin een stem gaf. Daardoor mocht het gezin in Nederland blijven. Dat vond ik zo bijzonder en sindsdien wist ik het: ik wil journalist worden. Ik vind het een hele leuke studie waar je vanaf het begin in het diepe wordt gegooid. Je wordt gelijk uitgedaagd om verhalen te maken. Je komt met heel veel mensen in contact en leert kritisch te denken.’
Wat vind je van de vooroordelen?
‘Ik vind dat mensen wel iets verder kunnen kijken, maar de vooroordelen zullen altijd blijven.’
Wat wil je na je studie gaan doen?
‘Ik ben me aan het oriënteren. Ik wil iets met maatschappelijke onderwerpen. denk ik. Zoals ongelijkheid, jeugdzorg, mentale gezondheid en discriminatie. Met dat laatste heb ik als vrouw van kleur helaas ook weleens te maken. Maar misschien ga ik nog een master doen, voordat ik ga werken. Ik zit er ook aan te denken om de politiek in te gaan. Wat ik daar wil doen, weet ik nog niet, maar je gaat in ieder geval van me horen. Dat kan ik je verzekeren.’