Nieuwe woningen in Amsterdam en Utrecht dreigen onnodig duur te worden, waarschuwt de Utrechtse studentenvakbond Vidius. Hij hoopt dat de Tweede Kamer ingrijpt.
Door Bas Belleman (HOP)
Er zijn te weinig betaalbare woningen in Amsterdam en Utrecht, meent minister Blok van Wonen. Huurders van goedkope woningen kunnen niet goed doorstromen naar het ‘middensegment’ en verlaten de stad. Daar moet iets aan gebeuren, maar wat?
Misschien wordt het aantrekkelijker om kleine nieuwbouwwoningen te realiseren als de verhuurders net iets meer geld mogen vragen. Dat is de gedachte achter een speciale regeling van minister Blok. Vanaf volgende maand mogen verhuurders in de twee genoemde steden meer huur vragen voor nieuwe woningen kleiner dan veertig vierkante meter.
Geen goed plan, vindt voorzitter Thomas van Gemert van de Utrechtse studentenvakbond Vidius. Want die nieuwe woningen worden onbetaalbaar voor studenten. Hij schat dat de prijzen zo’n 150 euro omhoog kunnen gaan.
De plannen liggen er al een tijdje. Waarom komen jullie hier nu mee?
‘We zagen het in de Rijksbegroting staan. Voor die tijd is het een beetje langs ons heen gegaan.’
Beter laat dan nooit.
‘Precies. Er moet nu snel iets aan gebeuren.’
Wat is precies het probleem?
‘Dat de woningen in de middensector veel duurder worden. Ze zijn niet meer betaalbaar voor studenten die zelfstandig willen wonen. Daar zouden die woningen beschikbaar voor moeten komen.’
Blok zegt eigenlijk: er zijn te weinig woningen en dankzij die hogere huren willen investeerders straks graag nieuwe woningen bouwen.
‘Maar dat is helemaal niet nodig. Die investeerders staan al te springen om die woningen te bouwen. Die woningen komen er dus wel, het enige wat je nu bereikt is dat de huren hoger worden. Dat gaat de doorstroom alleen maar tegenwerken, want hierdoor blijven studenten langer op kamers in studentenhuizen wonen. In Utrecht wordt de komende jaren een aantal bouwprojecten opgeleverd die oorspronkelijk bedoeld waren voor studenten. De wetswijziging maakt deze woningen voor hen onbetaalbaar.’
Wie zou hier iets aan moeten doen?
‘Minister Blok is de eerst aangewezen persoon. We hopen dat hij alsnog zijn plan intrekt. En anders moet de Tweede Kamer hem erop aanspreken. Ik hoop dat woningcorporaties ook van zich laten horen: zij zouden moeten zeggen dat die nieuwe regels niet nodig zijn.’
