Nieuws

Studentenhuisvesters: ‘Goedkoper bouwen geen oplossing’

De kabinetsplannen voor de woningmarkt leiden tot onrust. Studentenhuisvesters luiden de noodklok en nieuwbouwplannen worden in de ijskast gezet. Misschien moeten ze goedkoper gaan bouwen, oppert de Socialistische Partij.

Vorige week legde studentenhuisvester DUWO alle bouwprojecten stil uit angst voor faillissement. Vastgoedbelegger Syntrus Achmea adviseerde haar klanten voorlopig niet meer te investeren in studentenhuisvesting. De Utrechtse SSH maakt een andere keuze. Ook zij is bezorgd, maar bouwt gewoon verder. Als ze failliet gaat door de plannen, maken de extra woningen die ze nog neerzet ook niet meer uit.
 
De corporaties zijn geschrokken van de kabinetsplannen voor een nieuwe maximale huur: die mag hooguit 4,5 procent van de WOZ-waarde van een woning bedragen. Omdat studentenwoningen weinig waard zijn op de woningmarkt, zou dat desastreus kunnen uitpakken. Volgens brancheorganisatie Kences zal de helft van de studentenhuisvesters ofwel direct ofwel binnen twee jaar failliet zijn als de plannen doorgaan.
 
Het is onzeker of ze in de politiek op begrip kunnen rekenen. 'De studentenhuisvesters moeten goedkoper bouwen', vindt SP-Kamerlid Jasper van Dijk. 'De afgelopen jaren zijn er veel dure projecten opgeleverd. Het kamertekort is een nijpend probleem en er zijn slimmere manieren om dit op te lossen.'
 
'Onzin', reageert Vincent Buitenhuis, directeur van Kences. 'Studentenhuisvesters zijn de afgelopen jaren juist steeds goedkoper gaan bouwen. Maar zelfs als we nóg goedkoper gaan bouwen, is het niet rendabel meer.'
 
Ook de LSVb maakt zich zorgen, omdat de nieuwe regels in de plaats komen van het ‘puntensysteem’, dat huurders bescherming bood. 'Particuliere verhuurders mogen voor kamers in het centrum ineens meer geld vragen', zegt voorzitter Kai Heijneman. Of die kamer een wastafel heeft, een werkende verwarming en een toilet dat doorspoelt, doet er niet meer toe als de WOZ-waarde eenmaal is vastgesteld.
 
'Het ging juist de goede kant op', zegt Buitenhuis. Een jaar geleden ondertekenden corporaties, gemeenten, studenten en hogeronderwijsinstellingen een landelijk actieplan om en deel van het kamertekort weg te werken. Als het regeerakkoord niet wordt aangepast, kan dat plan niet worden uitgevoerd.
 
Pas na vijftig jaar beginnen studentenflats geld op te leveren, legt Buitenhuis uit. Oude complexen zijn dus een belangrijke bron van inkomsten voor studentenhuisvesters. Maar juist die oude gebouwen hebben een lage WOZ-waarde en bescheiden huren. Wanneer de kamerhuur van 180 naar 100 euro per maand zakt, blijft er geen geld meer over.
 
Dus raadt Kences investeerders en corporaties aan een clausule in contracten op te nemen, waarin staat dat het project wordt geannuleerd als de kabinetsplannen doorgaan. Waar Buitenhuis overigens niet van uitgaat: 'Ik denk nog steeds dat dit nooit de bedoeling kan zijn.'
 
Volgens het ministerie van Binnenlandse Zaken moeten de plannen nog worden uitgewerkt en is het te vroeg om conclusies te trekken.