NAAR DE ROOTS
Twintig jaar geleden vertrokken dertig afgevaardigden uit het hoger onderwijs naar Marokko en verdiepten zich in de cultuur van allochtone studenten. Onder hen was een aantal medewerkers van Hogeschool Utrecht (HU). Maakt de hogeschool nog steeds een studie van andere culturen?
De HU had in 1995 te maken met een flinke toename van studenten met een Marokkaanse achtergrond. Daarom reisde HU-decaan Harriët Rempe, samen met 29 collega’s uit het hoger onderwijs, naar het Noord-Afrikaanse land. Ze werd tien dagen rondgeleid langs verschillende onderwijsinstellingen.
‘Het is toch te dwaas dat wij geen contacten hebben met het thuisland van die studenten’, zei Rempe in 1995 tijdens een interview met Trajectum. De HU had, in tegenstelling tot een aantal andere Nederlandse hogescholen, geen uitwisselingsprogramma met Marokko. Daarom werd tijdens de reis gesproken over stageplekken en docentuitwisseling.
Wij-cultuur
Maar de reis was vooral bedoeld om de Marokkaanse onderwijscultuur onder de loep te nemen. Die verschilde erg van de Nederlandse. Zo bleek een technische universiteit tevens een militaire academie, waar geen decanen maar commandanten werkten.
Het Nederlandse reisgenootschap omschreef het onderwijs als gezagsgetrouw. ‘De verhoudingen zijn behoorlijk duidelijk. Het is daardoor een echte wij-cultuur, heel anders dan onze individualistische manier van doen’, zei Rempe in 1995 tegen Trajectum. De decaan kon zich daardoor goed voorstellen dat studenten van Marokkaanse afkomst moesten wennen aan het Nederlandse onderwijs.
Beslissende periode
Rempe werkt nog steeds op Hogeschool Utrecht. Nu als studentendecaan op de Faculteit Educatie. Ze herinnert de uitdaging waar ze voor stond. ‘Allochtonen hadden een significant lager studiesucces. Ze waren vaak de eerste in hun familie die een Nederlandse studie ging doen. Ze wisten niet wat van hen in het hoger onderwijs verwacht werd’, aldus Rempe.
De decaan heeft menig student door de opleiding geloodst. ‘Ik werd een keer gebeld door een oud-student van allochtone afkomst, die na zijn hbo de technische universiteit heeft afgerond en nu een baan, vrouw en kinderen heeft. Hij wilde mij, tien jaar later, bedanken. Blijkbaar was ik betrokken in een hele beslissende periode van zijn leven’, zegt Rempe.
Enorme weerstand
Ondanks dit soort successen voert de HU geen allochtonenbeleid meer. In plaats daarvan is een zogenaamd diversiteitsbeleid. De HU heeft als uitgangspunt dat alle studenten tot hun recht moeten kunnen komen.
‘Meer dan de helft van de allochtone instroom komt niet uit de klassieke migrantengroepen Turken, Marokkanen, Antillianen en Surinamers. Ook is de groep veel groter en is de diversiteit voor de jongeren die bij onze hogeschool instromen veel vanzelfsprekender’, zegt beleidsadviseur Saskia Hanssen.
Ook Rempe ziet die ontwikkeling. ‘Een reis, zoals die van twintig jaar geleden, zou nu weinig meer opleveren’, zegt ze. En een expliciete focus op allochtonen vindt ze ook geen goed idee meer. ‘Alleen het woord ‘allochtoon’ roept al enorme weerstand op. Die groep is enorm divers en veel allochtone studenten zijn hier geboren’, aldus Rempe.
Groepsdynamiek
Maar dat wil niet zeggen dat er geen problemen optreden, die met de afkomst van studenten te maken hebben. ‘Allochtonen hebben te maken met buitensluiting. Als er samengewerkt moet worden, kruipen autochtonen bij elkaar in een groepje. Als er één allochtoon in de groep zit, wordt die niet gevraagd. Die moet zelf het initiatief nemen’, zegt Rempe. De studentendecaan vindt dat de groepsdynamiek extra aandacht verdient.
Studenten die het gevoel hebben dat zij buiten de boot vallen of andere problemen ervaren, kunnen in gesprek met hun studieloopbaanbegeleider. En als die niet kan helpen, zijn er nog decanen en studentpsychologen. Saskia Hanssen benadrukt dat die voor elke student klaarstaan. ‘Ik denk dat studeren voor veel mensen een cultuurshock is. Ook als je vanuit een klein dorp naar de grote stad verhuist’, zegt de beleidsadviseur.
Enorme mix
Er zijn tal van factoren die ervoor zorgen dat studenten slecht presteren tijdens hun studie. ‘Etniciteit kan een factor zijn. Maar er zijn er veel meer. Momenteel doen wij onderzoek met andere hogescholen om studiesucces te verbeteren en onderzoeken we de samenhang met grootstedelijke vraagstukken. Sociaaleconomische achtergrond is bijvoorbeeld heel belangrijk. Studenten uit gezinnen met een laag inkomen, presteren slechter’, zegt Hanssen.
Een cultuurreis naar Marokko kunnen decanen op hun buik schrijven, anno 2015. Die focus is er al lang niet meer. De HU moet voorbereid zijn op een enorme mix van culturen. Die van niet-westerse allochtonen, westerse allochtonen en autochtonen. Een focus op specifieke bevolkingsgroepen lijkt niet meer van deze tijd.
Foto: "Blue Gate in Fes". Licentie onder publiek domein via Wikimedia Commons