Nieuws

Miljoenennota: meer studenten, minder geld

Alle ambities met de kenniseconomie ten spijt
zullen de hogescholen en universiteiten de komende jaren minder geld per
student ontvangen, blijkt uit de Miljoenennota. Zeker als de instroom zo onstuimig blijft groeien.

Het toenemende aantal studenten heeft gevolgen voor de
onderwijsbegroting, erkent het demissionaire kabinet Balkenende. Een tabel laat
zien dat de onderwijsuitgaven per student licht teruglopen in het hbo (zesduizend
euro) en gelijk blijven in het wo (5900 euro).

Bovendien zal het totale onderwijsbudget de komende jaren niet meer
stijgen, ook niet als het aantal studenten – zoals te verwachten valt
– blijft toenemen. Daar komt bij dat universiteiten en hogescholen geen geld
krijgen om stijgende loonkosten op te vangen. Feitelijk zal daardoor het beschikbare
bedrag per student verder dalen.

Ook het budget voor nieuwe hbo-masteropleidingen is verlaagd. Althans,
het gereserveerde geld dat in 2010 overbleef, zal worden ingezet om de kosten
van de aanzwellende studenteninstroom te dekken. Met de voor 2011 beschikbare
10,5 miljoen euro zullen ook de in 2010 gestarte opleidingen moeten worden
betaald.

De studiefinanciering kost minder dan voorzien, blijkt uit de
rijksbegroting. Weliswaar moet OCW aan meer studenten studiebeurzen uitbetalen,
maar daar staat tegenover dat zij langzamer studeren: ze halen
minder snel een diploma. Met als gevolg dat er minder prestatiebeurzen worden
omgezet in een gift. Bovendien gebruiken minder studenten hun OV-chipkaart en
vragen ze minder vaak een aanvullende beurs aan. Al met al levert dat de
schatkist een meevaller van 32,7 miljoen euro op.

Daarmee is het ministerie niet uit de zorgen. Het kabinet houdt 235
miljoen euro aan ‘enveloppemiddelen’ in de knip die vorig jaar gereserveerd
waren voor nieuw OCW-beleid. Welk bedrag hoger onderwijs en onderzoek precies mislopen
valt niet af te leiden uit de OCW-begroting.

Ook de aardgasbaten bieden geen soelaas. Daarvan besteedt het kabinet in
totaal ruim 232 miljoen euro minder aan kennis en innovatie.

Een van de schaarse extra investeringen komt ten gunste van het natuur-
en scheikundeonderwijs aan de universiteiten. Tot en met 2016 ontvangen ze
samen jaarlijks twintig miljoen euro.