In 2009 neemt oud HU-studente Dyonne Leerdam het vliegtuig naar Suriname om daar een carrière op te bouwen als mondhygiëniste. Een uitdagend beroep in een land waar gebitten worden verwaarloosd en het contact tussen mondhygiënisten en tandartsen moeizaam verloopt.
Pussende wonden aan het tandvlees zijn geen uitzondering bij mensen die de praktijk van mondhygiëniste Dyonne Leerdam bezoeken. Dagelijks komt zij de gevolgen tegen van de geringe kennis die Surinamers hebben van gebitsverzorging. ‘Ze gebruiken hier satéprikkers als tandenstokers’,
zegt Leerdam met verbazing. ‘Laatst had ik een patiënt die haar tanden nooit poetste, omdat ze tandpasta vies vond.’
Tijdens haar studie mondzorgkunde aan Hogeschool Utrecht regelt Leerdam – als eerste student ooit – zelf een buitenlandstage bij een tandarts in Suriname. Het land waar haar wortels liggen. Na haar afstuderen krijgt ze van diezelfde tandarts het verzoek terug te keren, want hij kan haar kennis goed gebruiken. Leerdam stemt in en geeft zichzelf een half jaar de tijd om uit te vinden of werken in Suriname wel bij haar zal passen. Ze raakt echter al snel overtuigd wanneer haar agenda binnen een week is volgeboekt.
Sinds een jaar heeft Leerdam een eigen praktijk in de Anniestraat in Paramaribo. Geen overbodige luxe blijkt wanneer ze vertelt over het niveau van de tandzorg in Suriname. In Paramaribo vind je soms wel drie tandartsen per straat en toch mist bijna iedereen die je ontmoet een tand als gevolg van
slecht beleid en het grote aantal onverzekerden. Daarbij gaan Surinamers vaak pas naar de tandarts wanneer hun gebit onherstelbaar beschadigd is. Kiezen trekken is dan nog de enige optie. ‘Ik moet mijn patiënten soms zelfs een sms’je sturen om ze aan hun afspraak te herinneren, anders komen ze niet eens opdagen.’
Ook de mentaliteit van de tandartsen laat te wensen over, ervaart Dyonne. Waar tandartsen en mondhygiënisten in Nederland samen werken en in een praktijk zijn gehuisvest, is daar in Suriname geen sprake van. ‘Wanneer ik een tandarts bel om te melden wat er allemaal mis is aan het gebit van een patiënt en wat ik eraan verhol-pen heb, worden ze meestal boos omdat ik me met hun zaakjes bemoei. Ik ben hier heel gelukkig, maar soms moet ik even opladen in Nederland.’
Werken als mondhygiëniste in Suriname mag dan alles behalve eenvoudig zijn, toch merkt Leerdam dat ze een verschil maakt. ‘De patiënte die tandpasta vies vond heb ik geadviseerd om het gewoon eens te proberen. Een week later kwam ze terug en vroeg om meer, want ze kon niet langer zonder. Dat is waar ik het voor doe.’