Over twee dagen is het 8 maart: Internationale Vrouwendag. In Nederland zal een handjevol overgeschoten feministen wellicht in een achterzaaltje nog een strijdlied ten gehore brengen, maar in Suriname wordt deze dag groots gevierd. De vrouw van de president houdt een praatje op het Vrijheidsplein. Veel publiciteit krijgt een campagne voor de strijd tegen borstkanker, nog een taboe blijkt. Overal zie je de roze linten: op de voorpagina van ochtendblad De Ware Tijd, op grote billboards in de stad en op de daken van gebouwen. Op 8 maart wordt een menselijk roze lint geformeerd in de stad. Maar er is meer om voor te strijden. Meer dan dertig procent van de vrouwen is werkloos in Suriname. Kans op een prettige baan is gering. In 1910 gingen de vrouwen voor het eerst de straat op om te strijden voor een achturige werkdag, betere arbeidsomstandigheden en kiesrecht. We kunnen constateren, dat er na honderd jaar nog steeds een reden is om 8 maart in stand te houden.