Over vrijwel elke opleiding bestaan vooroordelen. Welke zijn dat en hoe ga je ermee om? Deze week de studie Omgangskunde. Op Instagram vroegen we jullie: waar denk jij aan bij deze opleiding? De antwoorden: ‘Pff, ik denk nergens aan, ik heb geen idee’, ‘Alleen maar over je gevoel praten’, ‘Zweverige types’, ‘Sociaal’, ‘Alleen maar vrouwen’, ‘Veel werk en weinig geld’ en ‘Makkelijke studie’.
Tweedejaars student Mandy de Raaf (26) reageert.
Heel weinig mensen weten wat deze opleiding inhoudt, merk jij dat ook?
‘Ja. Ik wist zelf eerst ook niet van het bestaan af. Ik deed eerst mbo Pedagogisch werk en ik werkte bij een kinderopvang. Dat was niks voor mij, ik ben meer geïnteresseerd in jongeren en lastige doelgroepen. Ik ging toen stage lopen bij speciaal onderwijs en zo kwam ik erachter dat ik het onderwijs in wilde.’
Wat leer je dan tijdens deze studie?
‘Je leert lesgeven in omgangskunde. Je krijgt vakken zoals pedagogiek, communicatie en didactiek. Na de studie kun je aan het werk als coach, mentor of slb’er. Het is best jammer dat weinig mensen de studie kennen, want meer omgangskunde docenten zijn heel wenselijk.’
Praat je bij deze studie veel over je gevoelens?
‘Veel mensen denken dat het een beetje op psychologie lijkt, maar dat is niet zo. Het is wel belangrijk dat je je bewust wordt van je gevoel en dat je leert om contact te maken met studenten. Het is een stukje zelfreflectie en zelfbewustzijn. Maar het is niet zo dat we de hele dag alleen maar over gevoelens praten, ik ben zelf best praktisch.’
Zijn de studenten zweverige types?
‘Dat valt mee. De studenten hebben veel verantwoordelijkheidsgevoel en ze willen anderen helpen, maar zweverig zijn ze niet per se. Ik ook niet. Ik kom uit Oost-Groningen en ik ben erg nuchter. Als ik bij mijn ouders over gevoelens praat zeggen ze ‘Jezus hé, waar heb je dat nou weer geleerd?’.’
En heel sociaal en extravert?
‘Het is handig om een beetje sociaal te zijn. Je moet niet te verlegen zijn om met iemand in gesprek te gaan. Het is vooral belangrijk dat je open staat voor contact, ook met mensen die je misschien in het normale leven liever zou ontwijken, om wat voor reden dan ook.’
Heb je alleen maar vrouwelijke medestudenten?
‘Bijna wel, er zitten maar vier jongens in de klas. Dat is jammer. Dat komt denk ik vooral doordat je wel meer over je gevoelens praat dan bij andere opleidingen. Mannen doen dan snel een stap achteruit. Dat is jammer, het is minder eng dan je denkt.’
Klopt het dat er veel werk is, maar weinig geld te verdienen?
‘Er is inderdaad steeds meer vraag naar omgangskunde-docenten, omdat het onderwijs verandert. Het focust zich steeds meer op de leerlingen en begeleiding op maat. Qua geld zal het niet heel veel zijn, maar ik heb het idee dat het in de toekomst misschien op positieve manier gaat veranderen.’
Vind jij het een makkelijke studie?
‘Nee, ik werk er zelf hard voor. De intrinsieke motivatie moet er echt zijn. Af en toe moet je theorie stampen, de andere keer ligt de nadruk op andere competenties en vaardigheden.’
Wat wil je na de studie gaan doen?
‘Ik wil graag voor de klas staan en mentor worden. Ik heb zelf op school soms het contact met docenten gemist. Soms heb je een luisterend oor nodig en het is fijn om te weten bij wie je terecht kan als er iets aan de hand is. Die persoon wil ik zijn. Maar misschien verandert het idee dat ik voor de klas wil staan nog. Veel mensen weten niet dat je met deze studie ook bedrijfscoach kan worden. Je hoeft niet per se docent te worden, maar ik wil dat denk ik wel.’