Nieuws

Onenigheid over tweejarig hbo

Hogescholen zijn verdeeld over de
toekomst van de tweejarige ‘associate degree’-opleidingen. Moeten die zijn
vastgeklonken aan vierjarige bacheloropleidingen of juist geheel zelfstandig
voortgaan?

Het klonk zo mooi en
vanzelfsprekend: mbo’ers met drempelvrees zouden eerst een tweejarige
hbo-opleiding kunnen krijgen. Als ze eenmaal voor het hoger onderwijs gewonnen
waren, konden ze eenvoudig doorstromen en in twee jaar tijd de rest van de
bacheloropleiding afmaken.

Maar dat zou helemaal niet
haalbaar zijn, schreef de HBO-raad in een brief aan minister Plasterk van
onderwijs. Twee plus twee is niet zomaar hetzelfde als vier. Een tweejarige
opleiding tot het ‘associate degree’ is niet genoeg om daarna in twee jaar tijd
een bachelor te halen. Daarvoor zouden de Ad-opleidingen te sterk gericht zijn
op de beroepspraktijk en op instroom uit het mbo. Koppel ze liever los van
gewone hbo-opleidingen.

Onzin, vinden instellingen als
Avans en Fontys. Zij gaan het aantal lesplaatsen voor het associate degree juist
uitbreiden. Ze bieden momenteel in totaal tien tweejarige opleidingen aan,
waarvan één gezamenlijke.

‘De HBO-raad schoffeert
hogescholen die zulke tweejarige opleidingen willen aanbieden’, vindt Joop van
Mackelenbergh, coördinator van de Ad-opleidingen van Avans Hogescholen. ‘Wij
zijn verantwoordelijk voor het eindniveau van onze studenten, ook van de
studenten die met een associate degree aan een bachelor beginnen en twee jaar
later afstuderen. Maar de HBO-raad lijkt het ons niet toe te vertrouwen.’

Hogescholen hebben wel een puzzel
te maken als ze de tweejarige opleidingen in samenhang met bacheloropleidingen
willen aanbieden, erkent hij. Het associate degree is niet hetzelfde als de
eerste twee jaar van een reguliere bacheloropleiding. Zo speelt de praktijk een
grotere rol, die in vierjarige opleiding vaak pas in het derde jaar aan bod
komt. Na de Ad-opleiding moeten studenten een aangepast traject volgen, die geen
kopie kan zijn van de laatste twee jaar van de bijbehorende bacheloropleiding. ‘Maar dat is een kwestie van vormgeven. Dat kun je wel aan ons overlaten.’

Alle opleidingen worden bovendien
gekeurd door de NVAO, benadrukt Van Mackelenbergh. Als hogescholen hun ambities
met het associate degree niet waar kunnen maken, worden ze vanzelf op de vingers
getikt.

Hij vindt het juist van belang
dat studenten eenvoudig door kunnen leren als ze een Ad-opleiding hebben
gevolgd. Natuurlijk moet er een serieuze onderbouwing voor de plannen zijn.
Heeft het werkveld inderdaad behoefte aan afgestudeerden tussen mbo en hbo in?
Maar als dat zo is en hogescholen denken eraan te kunnen voldoen, ziet hij geen
reden om het tegen te houden. ‘De HBO-raad heeft last van koudwatervrees’,
concludeert hij.