Achtergrond

Setje: Onafscheidelijk

Johana (18, eerstejaars optometrie) en Robin (37, opticien) hebben geen ingewikkelde verklaring voor hun relatie. Johana: ‘Weet je wat het is, lieve schat? De liefde is er gewoon. We houden van elkaar en daar is niks moeilijks aan.’

 

Ontmoeting?

Hij: ‘We bleven na werk vaak samen plakken om te ouwehoeren. Ik merkte wel dat ik Johana leuk vond, maar vond het een beetje raar. Zo’n vent van 36 met een meisje van 17. Maar ja, je kunt wel honderd redenen bedenken waarom iets niet zou werken; het gevoel bleef. Later bleek het wederzijds. ‘

Zij: ‘We kennen elkaar van werk. Robin zag er toen nog een beetje anders uit en ik vond hem niet echt aantrekkelijk. Toch was er wat tussen ons, iets meer dan vriendschap alleen. Op een gegeven moment vroeg Robin tijdens het naborrelen of hij mij mocht zoenen. Ik riep toen keihard ‘nee’. Ongeveer een maand later spraken we weer af. Het werd laat en hij bleef slapen. Toen zijn we voor de herkansing gegaan.’

Soort relatie?

Hij: ‘Onze relatie is heel heftig. We zijn onafscheidelijk.’

Zij: ‘We werken samen en als hij 20 minuten weg is voor een oogmeting, mis ik hem al. We doen alles samen.’s Avonds gaat de televisie niet eens aan, zoveel hebben we elkaar te vertellen.’

Leeftijdsverschil?

Hij: ‘Ik ben een gevoelsmens dus die cijfertjes zeggen mij niet zoveel. Al was het een ander verhaal geweest als Johana bijvoorbeeld 15 jaar was geweest. Dan had het nooit gebeurd, klaar. Gelukkig is ze 18 en een volwassen vrouw. Zo gedraagt ze zich ook. Helaas denken andere mensen hier anders over. Mijn ouders hebben het er bijvoorbeeld moeilijk mee. En sommige (oude) schoolvriendinnen van haar vinden mij maar raar, maar die zijn op een leeftijd dat ze alles raar vinden.’

Zij: ‘Zelf merk ik daar geen meter van, maar natuurlijk zijn een aantal mensen het er helemaal niet mee eens. Zijn ouders wilden mij bijvoorbeeld eerst helemaal niet ontmoeten. Ach, liefde overwint alles. Dat zeggen ze toch?’

Slechtste eigenschap?

Hij: ‘Soms flapt ze er zomaar iets uit zonder erover na te denken.’

Zij: ‘Hij kraamt soms zoveel onzin uit. Vooral als we ruzie hebben. Dan denk ik: “Gast hou je mond gewoon een keer”. Hij praat sowieso te veel.’

Beste eigenschap?

Hij: ‘Eigenlijk alles.’

Zij: ‘Dat zijn er zoveel, dat past niet allemaal in jullie boekje, joh. Hij is aardig. Betrouwbaar, grappig, een echte gentleman etc.’

Favoriete standje?

Hij: ‘Zij bovenop.’

Zij: ‘Dat zijn er twee eigenlijk: als hij bovenop zit, maar dan niet op de gewone manier en als ik bovenop zit.’

Toekomst?

Hij: ‘Ik hoop dat we samen oud en grijs worden.’

Zij: ‘Robin heeft drie kinderen uit zijn vorige huwelijk en om die reden wil ik geen kinderen van hem. Ik denk nogal primitief over de liefde en vind dat je als man maar bij één vrouw kinderen mag hebben. En tja, trouwen. Als we ooit gaan trouwen, wil ik alles erop en eraan. Het moet knallen. Maar dat is pas een zorg voor later. Ik hoop nu dat we bij elkaar blijven.’