Nieuws

Gemengde gevoelens bij hoger onderwijs over Miljoenennota

Screenshot van tv-uitzending Troonrede

Het begrip ‘studenten’ kwam twee keer voor tijden de Troonrede die koning Willem-Alexander gisteren tijdens Prinsjesdag uitsprak. Het ging dan bijvoorbeeld over de verhoging van de basisbeurs. De maatregelen voor hoger onderwijs op een rij.

‘Grote investeringen in mbo, hoger onderwijs en wetenschap brengen rust en ruimte voor docenten en studenten’, zei de koning. Hij memoreerde aan de herinvoering van de basisbeurs in het studiejaar 2023-2024. Dat moet voor jongeren ‘zoveel mogelijk de financiële drempels wegnemen om te gaan studeren’.

Enkele highlights in de maatregelen die dinsdag de derde september in de Miljoenennota zijn bekendgemaakt (hoewel het merendeel al eerder was uitgelekt):

  • De basisbeurs gaat in september 2023 in en bedraagt 110 euro per maand voor thuiswonenden en circa 280 euro voor uitwonenden.
  • Voor komend studiejaar komt er 165 euro bovenop de basisbeurs voor uitwonende studenten. Dit dient ter compensatie voor de stijgende kosten van levensonderhoud.
  • Er komt meer geld voor regionale samenwerking tussen het vmbo/mbo/hbo om de doorstroming te verbeteren. Dat kan door gezamenlijke onderwijsprogramma’s te maken.
  • Het kabinet investeert in opleidingen van hogescholen in sectoren met een personeelstekort: gezondheidszorg, onderwijs, en bèta en techniek. Ook voor krimpregio’s komt er een stimulans voor mbo- en hbo-opleidingen.
  • Vanaf 2023 is 100 miljoen euro extra beschikbaar voor praktijkgericht onderwijs, zoals eerder is besloten. Daardoor moeten hogescholen de rol als kennisinstelling verstevigen.

Hogere prijzen

De Landelijke Studentenvakbond (LSVb) heeft gemengde gevoelens over de Miljoenennota. Positief oordeelt de bond over de tijdelijke verhoging van de basisbeurs voor uitwonenden. Maar die gaat pas volgend studiejaar in en telt niet voor inwonende studenten. ‘Bizar. Ook studenten die thuis wonen krijgen te maken met hogere prijzen. Niet alle studenten hebben rijke ouders die financieel kunnen bijspringen’, stelt voorzitter (en HU-student) Joram van Velzen.

Dezelfde geluiden zijn te horen bij het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO). Aankomende studenten en degenen die al een tijdje studeren zijn geholpen met de verhoging van de basisbeurs. Maar wie aan het eind van de studie zit, schiet er niets mee op. ‘Het is wrang dat deze groep opnieuw op geen steun kan rekenen. Tegelijkertijd zien we wel de lucht die het gaat scheppen voor de studenten van volgend jaar, dus het geeft een dubbel gevoel’, meent voorzitter Terri van der Velden.

Leven Lang Ontwikkelen

Volgens Vereniging Hogescholen (VH) zijn de investeringen in het hoger beroepsonderwijs ‘stappen in de goede richting’. Voorzitter Maurice Limmen doelt daarmee op de extra financiering van praktijkgericht onderzoek en aan hogescholen in de krimpregio’s.

Maar er kan meer werk gemaakt worden aan zaken als Leven Lang Ontwikkelen. Hogescholen geven naast bachelors en masters ook veel deeltijdopleidingen voor mensen die her- en bijscholing willen. ‘Het is nodig hier nog extra stappen te zetten, samen met onze onderwijspartners in mbo en het wo’, meent Limmen.