Achtergrond

Na de mediastorm: hoe de lezingenreeks begon en ontspoorde

Collegezaal aan de Padualaan 97 waar de meeste lezingen plaatsvonden / foto: Kees Rutten

Nu de lezingenreeks Holocaust en antisemitisme bijna is afgelopen, is het tijd voor een reconstructie: hoe begon het en wat leidde tot de storm van kritiek?

In 2022, ver voordat er contact was tussen het Centrum voor Informatie en Documentatie (CIDI) en Hogeschool Utrecht, constateerde onderwijsminister Dijkgraaf in een andere context over deze organisatie: ‘Het CIDI staat voor bepaalde politieke en maatschappelijke opvattingen, met name in relatie tot het Israëlisch-Palestijns conflict, waarbij voorzichtigheid (…) geboden is om studenten te voorzien van meer dan één visie op dit thema.’

Hij gaf toen antwoord op Kamervragen waarin werd verwezen naar een collegereeks van het CIDI aan de Universiteit Leiden. De minister gaf instellingen ‘met klem’ mee om ‘zorgvuldigheid en terughoudendheid’ in acht te nemen.

Als de Hogeschool Utrecht deze waarschuwing van de minister eerder in acht had genomen, was er geen rel, mediastorm of gezichtsverlies geweest. Maar zo ging het niet…

Hoe het begon

Het idee voor de lezingenreeks kwam van Aline Pennewaard, stafmedewerker bij het CIDI en zelf Holocaust-historicus, begin 2023. Uit Amerikaans onderzoek bleek dat het slecht gesteld is met de kennis van jonge Nederlanders over de Jodenvervolging tijdens de Tweede Wereldoorlog. ‘Onwenselijk’, meende Pennewaard.

Ze bedacht een plan voor lezingen en legde het voor aan CIDI-directeur Naomi Mestrum, die het goedkeurde. Waarop ze een organisatie zocht, centraal in het land, zodat de lezingen goed bereikbaar konden zijn. Ze mailde naar een algemeen mailadres van de HU en werd doorverwezen naar de vakgroep Geschiedenis van het Instituut Archimedes. Dat ze zelf ooit de propedeuse Geschiedenis aan de HU volgde, speelde verder geen rol in haar keuze voor deze hogeschool, vertelt ze.

Begin juli volgde een gesprek met twee docenten. ‘Ze waren enthousiast en vonden het inhoudelijk een sterk programma.’

De docenten overlegden binnen het instituut en kregen na enige tijd groen licht. Wie uiteindelijk toestemming gaf is niet duidelijk. De plannen voor de lezingenreeks bereikten in elk geval niet de toenmalige collegevoorzitter Jan Bogerd. ‘Nee, ik wist er niks van. Ik heb er nooit van gehoord en ik heb er geen toestemming voor gegeven’, zegt hij desgevraagd.

Na de zomervakantie overlegden Pennewaard en de docenten opnieuw en besloten ze om in het voorjaar van start te gaan. ‘Het was ruim voor 7 oktober in kannen en kruiken.’

Vanwege de veiligheid gingen de gebouwen eerder dicht

‘De sprekers komen uit mijn professionele netwerk van Holocaust-historici’, vertelt Pennewaard. Er was overleg met hen over het kennisniveau en de duur van de lezing. Verder had zij geen bemoeienis met de lezingen. De sprekers kregen de vrije hand om hun voordracht inhoudelijk vorm te geven, benadrukt de CIDI-medewerker.

Daarnaast krijgen deze sprekers ‘een professionele vergoeding’, zegt ze. ‘De HU draagt een deel bij en het CIDI draagt een deel bij. Wij bekostigen het deels van de Maror-gelden’, vertelt zij. Die zijn bestemd voor activiteiten voor de Nederlands-Joodse gemeenschap. De subsidievoorziening is een vergoeding voor het geroofde geld en andere bezittingen van Joden in de Tweede Wereldoorlog.

Docenten krijgen vaak te maken met leerlingen die denken dat de Holocaust alleen in Europa plaatvond

Het programma van de collegereeks is tussentijds nog wat gewijzigd. Een spreker van een universiteit in Israël moest wegens omstandigheden verstek laten gaan. Een college over de Holocaust in Noord-Afrika werd afgezegd vanwege gezondheidsproblemen. Als vervanging is een college ingelast over uitdagingen bij Holocausteducatie.

Pennewaard: ‘Als we volgend jaar weer een reeks maken – als die nog doorgaat – dan zetten we de lezing over de Holocaust in Noord-Afrika zeker weer op het programma. Docenten krijgen vaak te maken met leerlingen die denken dat de Holocaust alleen in Europa plaatvond. Veel mensen weten niet dat de nazi’s ook in Noord-Afrika zijn geweest. In Tunesië waren ook concentratiekampen. Dat is bij velen niet bekend.’

De aankondigingen

In december en januari verschenen verschillende berichten over de lezingencyclus en het honourstraject op de sites van de hogeschool. Er zijn zorgen over het groeiend antisemitisme en jongeren ‘bagatelliseren, ontkennen of rechtvaardigen’ de Holocaust, zo staat in de aankondiging. Ook de link met de huidige oorlog tussen Israël en Hamas staat er expliciet in. ‘Veel mensen zijn bezorgd dat de huidige oorlog tussen Israël en Hamas deze tendensen zal versterken’, staat er.

De aankondigingen werden opgemerkt door de community New Neighbours Utrecht, die zich inzet voor mensenrechten en de Palestijnse zaak. Op 16 januari stuurt iemand van hen een mail naar de docenten, met het college van bestuur in de cc. Hij vraagt de docenten de samenwerking met CIDI te verbreken. De community is voorstander van educatie over de Holocaust en antisemitisme maar het CIDI treedt op als ‘lobbyist’ voor Israël, schrijft hij. De groep wil met de HU in gesprek hierover.

Volgens New Neighbours hanteert het CIDI een definitie waarin kritiek op Israël als antisemitisme kan worden beschouwd. De collegereeks is niet opgezet als dialoog maar heeft een ‘duidelijk CIDI-stempel’, vindt hij. En organisator Pennewaard suggereerde in de Telegraaf volgens hem dat alle Palestijnen schuldig zijn aan 7 oktober. Een andere CIDI-medewerker deed ‘transfobe’ uitingen, stelt hij. ‘New Neighbours vindt dit strijdig met een “veilige tussenruimte” voor bijvoorbeeld Palestijnse studenten en queer studenten op de HU’, stelt de groep.

Na nog wat tevergeefs op en neer gemail plaatst New Neighbours een Instagram-post met kritiek op de samenwerking: ‘Hogeschool Utrecht werkt nauw samen met Israël-lobbyist CIDI’, luidt de tekst. En: ‘Het CIDI vreet zich zo in bij het onderwijs. En de HU laat het gebeuren. Wij niet. Jij?’

In gesprek

Kort daarop nodigde instituutsdirecteur Theo Douma New Neighbours en andere bezwaarmakers uit voor een gesprek. Op vrijdag 26 januari is dat er, en daar kondigde Douma direct aan dat de lezingenreeks voor onbepaalde tijd is uitgesteld. De avond ervoor had het college van bestuur daartoe besloten, in overleg met hem.

Hij voegde eraan toe dat de lezingencyclus niet op deze manier opgezet had moeten worden en dat de hogeschool de keuze voor het CIDI waarschijnlijk niet meer zou maken. Een extra lezing over het perspectief van de Palestijnen lost niks op, stelde Douma. Hij kondigde een flinke time-out aan om na te denken over een opzet waarbij meerdere perspectieven aan de orde kunnen komen. Daar krijgen de aanwezige critici ook een rol in zoals ze hadden aangeboden, beloofde hij.

De bezwaarmakers tegen de samenwerking met het CIDI leken op hun wenken bediend te zijn. ‘College van bestuur @hogeschoolutrecht cancelt collegereeks CIDI na kritiek op samenwerking’, postte New Neighbours op Instagram. Dezelfde middag verscheen een dergelijk bericht op EénHU. De lezingenreeks ‘wordt uitgesteld en zal op een later moment plaatsvinden’. Om een ‘gebalanceerde dialoog’ te organiseren ‘is meer tijd nodig’.

Diezelfde dag, maar dan in de ochtend, kreeg ook CIDI-directeur Mestrum al een telefoontje met het bericht over het uitstel. ‘Daarover waren we flabbergasted. Dat zagen we niet aankomen.’ Ze besloten de maandag erna hun volgende stap te bepalen.

In het nieuws

Het Instagrambericht van New Neighbours werd echter al in het weekend opgepikt in appgroepen rondom het CIDI. Pennewaard kreeg verontruste berichten vanuit de Joodse gemeenschap en media appten haar en de directeur. Ook de Telegraaf kreeg screenshots onder ogen, denkt Pennewaard. Zaterdagavond belde de krant haar voor een reactie. ‘Ze gaan er toch over schrijven, dus dan is het in ieder geval beter om meteen onze kant van het verhaal te vertellen.’

Dezelfde avond zet Pennewaard een stevig bericht op haar besloten privépagina op Facebook, net na middernacht herplaatst op X door een oud-directeur van CIDI. De HU heeft ‘na pro-Palestijnse druk’ besloten de reeks ‘af te blazen’, schreef zij. Met een oproep om ongenoegen te spuien aan het college van bestuur. ‘Sta niet toe dat het Holocaustonderwijs de nek wordt omgedraaid door activistisch antisemitisch tuig en bestuurders met slappe knieën. Ik ga hier tot het uiterste voor vechten, maar we kunnen jullie hulp heel hard gebruiken.’

Het ging als een speer. We hadden niet verwacht dat het zo uit de hand zou lopen

‘Woede over besluit Hogeschool Utrecht om Holocaust-lezingen voorlopig te schrappen’, kopte zondagochtend 28 januari de Telegraaf. Die er fijntjes aan toevoegde dat dit vlak voor de Holocaust-herdenking gebeurde.

Politiebewaking tijdens de eerste lezing

Zondagochtend stond Pennewaard op om naar de Holocaust-herdenking te gaan. ‘Mijn telefoon was ontploft. Veel appjes en mails en social media stonden vol van verontwaardigde berichten van het uitstel. Op de herdenking had iedereen het erover.’

Demissionair premier Rutte zei tijdens de bijeenkomst dat de Holocaust herdacht moet blijven worden. ‘En, voeg ik daar vanochtend aan toe: we moeten de kennis over de Holocaust ook blijven overdragen aan jonge mensen. Van generatie op generatie’, waarmee hij de HU lijkt aan te spreken. Ook Jacques Grishaver, voorzitter van het Auschwitz Comité, haalde de berichten over het uitstel aan. ‘Is dit weer het begin, waar we zo bang voor zijn?’

Pennewaard: ‘Het ging als een speer. We hadden niet verwacht dat het zo uit de hand zou lopen. Het halve land stond op z’n kop. Wat zeg ik: het hele land stond op z’n kop. Mijn broer appte: jullie staan op GeenStijl. Toen dacht ik: dit gaat groot worden. Na afloop van de herdenking stond ik RTV Utrecht te woord en Hart van Nederland interviewde mij op camera. Op1 belde voor een item op maandagavond.’

Een kort statement

Het college van bestuur slingerde die zondagochtend een ‘correctie’ de wereld in, een ‘draai’ volgens anderen. De lezingenreeks gaat door, maar later omdat de ‘veiligheid van sprekers, studenten, docenten en bezoekers niet gewaarborgd kan worden.’

Daarbij stelde de HU zich niet te laten leiden door belangengroeperingen en activisten zoals de media beweerden. De HU blijft onderwijs geven over de Holocaust, benadrukte collegevoorzitter Wilma Scholte op Reimer. En: de Holocaust kan niet gelinkt worden met de oorlog van Israël tegen Hamas. ‘De suggestie dat wij onderwijs over de Holocaust verbinden aan de huidige spanningen werpen wij verre van ons.’

In dit kort statement staan zeker drie opmerkelijke zaken genoemd. Van uitstel is niets meer over: de cyclus gaat door op de oude voet. Het veiligheidsaspect wordt geïntroduceerd. Dit tot verrassing van zowel het CIDI, de gemeente Utrecht en New Neighbours. Om wat voor bedreigingen het gaat, wil of kan het college niet zeggen. Ook het ontkennen van de link tussen de lezingenreeks en de oorlog in Israël wekt verbazing: die stond expliciet in de aankondigingen. 

Maandagochtend ontving CIDI-directeur Mestrum een mail van de HU dat er een gesprek moest komen. Dat vond diezelfde middag plaats aan de HU. Aanwezig waren collegevoorzitter Wilma Scholte op Reimer, CIDI-directeur Naomi Mestrum, Aline Pennewaard en ook Chanan Hertzberger, voorzitter van het Centraal Joods Overleg (CJO).

Het was een positief gesprek, concludeert Pennewaard. ‘De sfeer was constructief en vanaf het begin oplossingsgericht, vanuit beide partijen. Afgesproken is dat de lezingenreeks vanaf 12 februari doorgaat. Het eerste college dat op woensdag 7 februari plaats zou vinden, is naar achteren gepland. Op die manier is er tijd om de veiligheid tijdens de lezingen te regelen en krijgen de mensen alle lezingen die er gepland waren.’

Het besluit om de reeks door te laten gaan was niet het gevolg van een lobby van het CIDI en het CJO, menen ze zelf. ‘Deze oplossing kwam van de HU zelf. Het is niet zo dat wij op de collegevoorzitter ingepraat hebben. Ik weet niet of dit van tevoren vaststond of dat dit ter plekke werd bedacht’, vertelt Pennewaard. ‘Toen we naar buiten kwamen, stond Pownews met de camera voor onze neus.’ CIDI-directeur Mestrum seinde ook andere media in.

Micha Gelber (88) is op 28 maart de laatste spreker in de serie. Hij overleefde de kampen Westerbork en Bergen-Belsen. ‘Dit verhaal móét verteld blijven worden. Ook als wij er niet meer zijn. De dreigingen, zeker naar Joden toe, zijn te ernstig om over het verleden te zwijgen. We mogen nooit vergeten’, zei hij in de Telegraaf.

Aline Pennewaard: ‘Ik kan me goed voorstellen dat bij de HU iedereen van zijn à propos was. Voor ons is het normaal om met haat en weerstand om te gaan. Voor mensen die hier nooit mee te maken hebben is het heftig.’

Trajectum heeft het college van bestuur meerder malen gevraagd voor een interview over de lezingenreeks en heeft een aantal vragen voorgelegd. Het college heeft aangegeven tijdens de cyclus geen interviews te geven of vragen te beantwoorden. Na afloop van de lezingenreeks komt een reflectie op de gang van zaken.