Nieuws

Nieuwe blokkeer-software voor toetsen is ‘privacy-vriendelijk’

Surveillant tijdens tentamenperiode op de gang / foto: Kees Rutten

De HU start eind oktober – tijdens de tentamenperiode – met nieuwe blokkeersoftware voor de eigen laptops van studenten waarmee zij de toetsen maken. Deze software biedt meer privacy dan de eerdere vormen van proctoring, het surveilleren op afstand via de laptop.

Het nieuwe blokkeersysteem heet Schoolyear en wordt gebruikt bij de centraal georganiseerde BYOD-toetsen: Bring Your Own Device. Studenten nemen dus een eigen laptop mee en maken daarop onder toezicht van surveillanten hun toets. Hiervoor moeten ze het nieuwe Schoolyear downloaden op hun laptop.

Het downloaden kan door vooraf online een ‘laptopcheck’ van Schoolyear te doen. Laptops moeten wel minimaal Windows 10+ of macOS 10.13 hebben. ‘Dat betekent dat de meeste laptops geschikt zijn’, zegt Remko Pollmann, projectleider blokkeersoftware BYOD.

Maar Schoolyear werkt niet op Chromebooks en tablets, bij de browser Safari en besturingssysteem Linux. Als studenten geen geschikte laptop hebben of de software niet willen downloaden, dan kunnen ze een leenexemplaar bij de hogeschool aanvragen.

Aantal toetslokalen uitbreiden

BYOD-toetsen vinden plaats in lokalen op Padualaan 101. Daarnaast blijven de centraal georganiseerde digitale toetsen met vaste computers aan de Padualaan 97. Bij deze apparaten is de blokkeersoftware niet nodig. Zij zijn al zodanig uitgerust dat gebruikers niet stiekem op internet kunnen, mailen of appen.

Uitbreiding van het aantal vaste computers in de toetslokalen aan Padualaan 97 zit er gezien de krappe behuizing van de hogeschool niet in. ‘Ze zouden acht van de tien weken per onderwijsperiode leeg staan’, zegt de projectleider. Daarom combineert de hogeschool het BYOD-systeem naast de toetslokalen met permanente computers, zegt hij.

Toetsen sinds corona

Digitale toetsing is sinds de coronatijd sterk toegenomen. Tijdens de sluiting van de gebouwen gingen de HU en veel andere hogescholen en universiteiten noodgedwongen over op digitale toetsen vanachter de computer bij de studenten thuis. Om fraude tijdens het tentamen te voorkomen, gebruikte de HU vanaf juni 2020 proctoring-software van het bedrijf Proctorio. Die registreerde via de microfoon en camera van de computer beweging en geluid in de kamer. Daarmee was het mogelijk om frauduleuze handelingen vast te leggen. Maar hierop kwam veel kritiek: de privacy van studenten zou in het geding komen. Er volgden petities en rechtszaken.

Na de corona-sluitingen introduceerde de HU toetsing via Bring Your Own Device. Studenten nemen daarbij hun laptop mee en maken daarop onder toezicht van surveillanten hun tentamen. ‘We maakten destijds nog steeds gebruik van proctoring-software maar zonder opnamens van webcambeelden en geluid’, vertelt Pollmann. De laptop van de studenten werd tijdens het tentamen grotendeels op slot gezet. Maar zij konden nog wel stiekem mailen en websites bezoeken.

Hoewel Proctorio de camera en microfoon uitliet, maakte het wel opnamen van het beeldscherm van de student. Daarmee konden medewerkers controleren of de student toch op een ongeoorloofde manier de computer had gebruikt. Nadeel was dat de beveiliging arbeidsintensief was, stelt de projectleider. ‘De opgenomen beelden moesten achteraf bekeken worden om te beoordelen of de student geen fraude had gepleegd.’

Per ongeluk iets fout doen: dat kan niet meer

Pollmann: ‘Met Schoolyear in plaats van Proctorio blokkeert de software alle functies die een student niet mag gebruiken. Daardoor zijn opnames van het beeldscherm van de student niet meer nodig en hoeven ook niet meer beoordeeld te worden. Daardoor is Schoolyear ook privacy-vriendelijk.’

De ervaringen tijdens een pilot van meerdere tentamens met Schoolyear waren positief, vertelt Pollmann. ‘Persoonlijk vind ik het ook prettig voor studenten dat ze door de preventieve werking van de software (blokkeren van wat niet mag), niets per ongeluk fout kunnen doen. Veel studenten waren hier bang voor: dat ze per ongeluk iets deden tijdens de toets waar ze later problemen mee zouden krijgen.’