‘De ster van politicus Ronald Plasterk is niet langer rijzende’, schrijft NRC Handelsblad in de laatste weekendbijlage. Aan de hand van gesprekken met dertig bekenden van de onderwijsminister analyseert de krant zijn functioneren.
In de aanloop naar Prinsjesdag blijken veel mensen teleurgesteld in Plasterk. De wetenschapper die minister werd is deze zomer door partijgenoot Eberhard van der Laan afgelost als populairste minister van het kabinet. Critici verwijten de onderwijsminister gebrek aan vergezichten en daadkracht. Een enkeling neemt zelfs het woord ‘geblunder’ in de mond. Voormalig directeur-generaal cultuur Jan Riezenkamp ziet ‘geen enkele lijn in zijn beleid’. Onderwijsmensen vinden dat hij zich te weinig bezighoudt met onderwijs. Frits van Oostrom, president van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen: ‘Zet die hoed af en ga met de pet rond. Het onderwijs heeft je nodig.’
De kritiek richt zich niet alleen op wat Plasterk al dan niet bereikt. Veel geïnterviewden hebben moeite met de manier waarop hij zich presenteert. De vele culturele evenementen die hij bijwoont leverden hem al de bijnaam ‘minister van feesten en partijen’ op. Plasterk krijgt dan ook het verwijt vooral bezig te zijn met zoveel mogelijk in de media komen. Volgens Doekle Terpstra, voorzitter van de HBO-raad, maakt die publieke geldingsdrang hem ‘een haastig en onrustig bestuurder’.
Ook vanuit zijn eigen partij, de PvdA, klinkt kritiek op het functioneren van Plasterk. Maar gelukkig voor hem zijn er in het artikel in NRC Handelsblad toch ook nog een paar positieve geluiden te horen, bijvoorbeeld van zijn eigen woordvoerder Hans van den Broek: ‘Ik heb nog nooit een minister meegemaakt die zo hard werkt.’