Nieuws

Verkiezingen: basisbeurs en ov-kaart op het spel

Niet alleen de basisbeurs blijkt inzet van de verkiezingen. Er zijn ook partijen die het collegegeld willen verhogen of de ov-kaart willen inperken. De stand van zaken na de doorrekeningen van het Centraal Planbureau.

Demissionair staatssecretaris Zijlstra had nog veel plannen toen het kabinet in april viel. Hij had de langstudeerboete al ingevoerd, maar was nog niet toegekomen aan het afschaffen van de basisbeurs voor masterstudenten. Het lukte hem voor de zomer nog net om het ov-reisrecht met twee jaar in te korten.
 
Maar of het daarbij blijft is de vraag. Gaat de langstudeerboete weer van tafel? Moet je alvast afscheid gaan nemen van je basisbeurs? Het is mede afhankelijk van de politieke partij waarop je stemt. Na de verkiezingen zal er onderhandeld moeten worden over een regeerakkoord. En wie de verkiezingsprogramma’s en de doorrekeningen van het Centraal Planbureau bestudeert ziet dat een flink aantal partijen de basisbeurs wil afschaffen.
 
De VVD was altijd al voorstander van een leenstelsel, net als D66 en GroenLinks. De PvdA twijfelde even, maar heeft zich er nu ook definitief achter geschaard. Over de details zijn ze het nog niet helemaal eens. VVD en D66 willen de terugbetalingstermijn verlengen van vijftien naar twintig jaar, zodat studenten meer tijd hebben om hun hogere schuld af te lossen en de overheid het geld ook daadwerkelijk terugziet. PvdA en GroenLinks vinden dat een eventuele restschuld na vijftien jaar moet worden kwijtgescholden. GroenLinks wil daarnaast de afbetalingsregels wat versoepelen en krijgt daarbij wellicht steun van D66, dat dit overweegt voor beroepen waar veel vraag naar is. De eerste miljoenen die het afschaffen van de basisbeurs oplevert, gaan wat VVD en PvdA betreft rechtstreeks terug naar de schatkist.
 
Maar niet iedereen wil een leenstelsel: als het aan SP, CDA, ChristenUnie, Partij van de Dieren en SGP ligt blijft de basisbeurs in zowel de bachelor- als de masterfase behouden. Al is de CU van plan om de uitwonendenbeurs te beperken als studenten in de omgeving van hun ouderlijk huis wonen.
 
Het voortbestaan van de aanvullende beurs lijkt wel zeker. Geen enkele partij wil daar vanaf. Staatssecretaris Zijlstra (VVD) had vergevorderde plannen om de regels voor een aanvullende beurs te verscherpen: studenten die hebben gebroken met hun ouders of van wie de ouders onvindbaar zijn, zouden hem niet langer krijgen. Er staat evenwel niets over in het definitieve VVD-verkiezingsprogramma. GroenLinks en de SP willen de aanvullende beurs juist verhogen en de regels versoepelen zodat meer studenten ervoor in aanmerking komen.
 
Vrijwel alle partijen willen inmiddels de langstudeerboete weer afschaffen. Alleen de CU en de SGP staan nog achter de boete van drieduizend euro voor studenten die meer dan een jaar studievertraging oplopen. Ook het CDA – nota bene de bedenker van de langstudeermaatregel – liet half augustus bij een verkiezingsdebat weten er niets meer in te zien. De algemene korting op hogescholen en universiteiten, van 140 miljoen, laten de christendemocraten echter staan. Bovendien heeft de partij plannen voor een ander 'systeem van prestatieprikkels op basis van behaalde studiepunten per jaar'. Dat staat in de doorrekeningen van het partijprogramma door het CPB. Wat dit precies inhoudt, is niet duidelijk, maar het zou driehonderd miljoen euro per jaar moeten opleveren.
 
PvdA, VVD, D66 en GroenLinks willen in ruil voor het afschaffen van de langstudeerboete wel een leenstelsel invoeren. En dan is zo’n boete toch goedkoper dan het inleveren van de beurs voor uitwonenden à 3200 euro per jaar. SP, Partij van de Dieren – en nu ook het CDA – willen als enigen zowel de langstudeerboete afschaffen als de basisbeurs behouden.
 
Bij het CDA gaan studenten echter wel meer collegegeld betalen. Hoeveel precies, dat mogen instellingen zelf bepalen, maar omdat ze minder geld krijgen van het CDA zou de stijging wel eens flink kunnen zijn. Ook de SGP wil het collegegeld voor bachelorstudenten verhogen met zo’n duizend euro per jaar. GroenLinks is de enige die het collegegeld juist wil verlagen: met vijfhonderd euro naar 1250 euro per jaar.
 
Of studenten hun recht op een ov-kaart behouden is onduidelijk. Voor de zomer werd het ov-reisrecht al ingeperkt van zeven naar vijf jaar. PvdA en SP willen dat terugdraaien. GroenLinks wil studenten zes jaar geven, zodat ze zowel in hun bachelor als hun master kunnen uitlopen zonder verlies van ov-kaart. Andere partijen willen er juist nog dieper het mes inzetten. VVD en D66 willen de ov-studentenkaart namelijk vervangen door een trajectkaart. Het CDA pleit ervoor studenten per maand zestig euro saldo op hun chipkaart te geven. Hoe ze die gebruiken moeten ze zelf maar zien en wie meer reist moet het zelf bijpassen.
 
Toch willen politieke partijen niet alleen maar bezuinigen op voor studenten gunstige regelingen. Zo willen D66, CU en SGP masterprogramma’s uitbreiden naar twee jaar. Ook gaan tweede studies als het aan D66, PvdA en de SP ligt weer evenveel kosten als een eerste studie. VVD, CDA, GroenLinks en SGP zien dat niet zitten. De VVD wil geen 'spijtoptanten' bekostigen die 'bij nader inzien' nog een andere studie gaan doen. GroenLinks en de SGP zouden wel willen, maar vinden het op dit moment te duur. Premasters moeten van GroenLinks en het CDA wel gewoon tegen het lage collegegeldtarief kunnen worden gevolgd.
 
De Partij van de Dieren maakt – traditiegetrouw – weinig woorden vuil aan het hoger onderwijs. Als het aan die partij ligt worden practica met dieren in het onderwijs beëindigd. Studenten in de (bio)medische wetenschappen krijgen verplicht onderwijs in alternatieven voor dierproeven.
 
Om hun begroting sluitend te maken, korten CDA, VVD en PvdA de universiteiten en hogescholen met honderd miljoen euro, en de PVV zelfs met tweehonderd miljoen. Of het daadwerkelijk zover komt, zal moeten blijken na de verkiezingen. Want tijdens de kabinetsformatie begint het rekenen opnieuw.