Interview

Tineke Zweed: ‘Nooit met een akelig gevoel naar de HU gefietst’

Foto: Kees Rutten

Tineke Zweed zat acht jaar in het college van bestuur en neemt vandaag officieel afscheid van de HU. In dit laatste interview met Trajectum blikt ze terug en kijkt ze vooruit. ‘Ik heb stapels boeken die ik allemaal wil lezen.’

‘Kom binnen hoor!’ roept Tineke Zweed vanuit de ruimte, nadat haar vergadering afgelopen is. Ze typt nog wat laatste dingen op haar laptop. Naast haar staat een herbruikbare HU-beker en ligt ‘dat rode boekje dat mijn collega’s al herkennen.’ 

Tineke Zweed verlaat Hogeschool Utrecht op 1 januari, omdat haar tweede termijn als lid van het college van bestuur afloopt. Ze was onder andere voorzitter van het Coördinatieteam Coronacrisis en zette zich in voor de campusontwikkeling van de HU-gemeenschap, IM&ICT en financiën. Voordat ze in 2016 bij de HU begon, werkte ze bij SNS Bank en REAAL Verzekeringen.

Hoe was het om bij een onderwijsinstelling te gaan werken?
‘Ik merkte groot verschil tussen een commerciële instelling en een kennisinstelling. Al in de eerste weken viel me op hoe bevlogen de mensen hier zijn. Iedereen wil bijdragen aan het leven van studenten. Bij andere organisaties is het soms een uitdaging om energie te creëren, hier is de energie er al, maar ik hoef het alleen de juiste richting op te sturen.’

Hoe vond je het om tussen de studenten te werken?
‘Ik koos voor het onderwijs, omdat ik met mijn baan directe maatschappelijke invloed wilde uitoefenen. Als ik hier een gebouw binnenloop en overal studenten zie, dan maakt mijn hart een sprongetje. Voor hen kom ik mijn bed uit.’

Wat is het hoogtepunt van je tijd bij de HU?
‘Er was geen hoogtepunt. Al die acht jaren waren een groot hoogtepunt. Ik ben geen dag met een akelig gevoel naar de HU gefietst.’ 

Sprong er een gebeurtenis of periode uit?
‘Wel in negatieve zin: de coronatijd was erg ingewikkeld. Studenten en collega’s mochten niet meer naar de HU komen. Het was moeilijk om invulling te geven aan de HU-gemeenschap. Maar, als ik een tegenhangend hoogtepunt mag noemen: ik heb hiervan geleerd hoeveel veerkracht we hebben als organisatie.’

Waaruit bleek dat?
‘We hebben ervoor gezorgd dat er snel online onderwijs was: drie dagen nadat het land op slot ging. Het lukte door die bevlogenheid van alle mensen hier, waar ik het eerder over had.’

Sprong er nog iets anders uit?
‘Dat is best wel lastig hoor’. Ze kijkt even uit het raam. ‘Nee, eigenlijk niet.’

Waar ben je trots op?
‘Als ik straks bij de kerstboom zit en acht jaar de revue laat passeren, dan denk ik: het is toch prachtig hoe mooi de campus is. Mooie open gebouwen en ontmoetingsplekken. En we hebben een solide fundament als het gaat om financiën: we hoeven ons geen zorgen te maken en kunnen blijvend nadenken over onze ambities.
Ik ben ook trots op de nieuwe reiskostenregeling, die ook die duurzaamheidsambitie in zich heeft.’

Heb je jouw functie aan de top soms eenzaam ervaren?
‘Ik denk dat bestuurder zijn per definitie eenzaam is, maar de vraag is in welke mate je je daardoor laat leiden. Je kunt het zien als een hele zware verantwoordelijkheid en dan is het eenzaam. Maar ik heb dat nooit zo gevoeld. Ik voelde me altijd gesteund door mijn collega’s. Dus ik benadruk het liever met het glas half vol dan het glas half leeg. Ik ben er eerder dankbaar voor dat ik die rol heb mogen vervullen, dan dat ik het als een last heb ervaren.’

Kenmerkt dat jou? Dat je het glas half vol ziet en niet half leeg?
‘Zonder enige twijfel komt er nu een volmondig “ja”, haha.’

Waaruit blijkt dat nog meer?
‘Ik kijk niet vaak terug. Als ik een beslissing neem, dan neem ik die zorgvuldig en overzie ik alle perspectieven. Ik ben niet snel van: had ik maar zus of had ik maar zo. Dat zorgt ervoor dat ik best opgeruimd kan leven.’

Hoe ging je om met drukke weken?
‘Ik kan goed schakelen. Na een telefoontje in de Albert Heijn kijk ik snel weer rond: wat gaan we vanavond eten? Voor mij is het onderscheid tussen werken en niet-werken beperkt. En dat vind ik niet vervelend. Het loopt door elkaar. Ik vind het ook niet erg om in het weekend of ‘s avonds te werken. Als ik maar tijd heb om op andere momenten andere dingen te doen.’

Wat ga je missen aan de HU?
‘Het is misschien een inkopper, maar ik ga – naast mijn collega’s- die studenten missen. Ik vind het super om te zien hoe ze tegen een muur op knallen om er vervolgens wat van te leren.’

Zoals?
‘Ik zie veel studenten die iets in de medezeggenschap doen. Daar maak je beslissingen door er samen over te praten. Dat kun je op verschillende manieren doen. Als je het zegt op een manier waardoor de ander meteen in de gordijnen hangt, weet je dat het niet werkt. Vervolgens kiezen ze een andere vorm en denken: oh! Weer wat geleerd!’

Wat zijn je plannen in 2024?
‘Ik weet één ding zeker: ik ga niet weer voltijds werken. Als ik iets doe, is het met overtuiging. Ik realiseer me dat ik dan geen tijd heb voor andere dingen. Daarom kies ik er straks bewust voor om meer tijd vrij te maken voor de dingen waar ik de afgelopen jaren geen tijd voor had.’

Wat ga je in je vrije tijd doen?
‘Ik ga op Franse les, want mijn niveau kan wat beter. Ik ga vaak op vakantie naar Frankrijk en ik wil beter kunnen praten dan de makkelijke gesprekjes bij de bakker.
Ik hou van golfen en tennissen. En uitstapjes met vriendinnen maken, daar heb ik dan straks ook meer tijd voor. Ik lees ook heel graag boeken. Er liggen nog stapels, die moeten allemaal nog uitgelezen worden.’

Tineke Zweed op de Dag van Duurzaamheid.

Wat lees je?
‘Veel literatuur. Ik hou van Nederlandse schrijvers. Ik ben een groot fan van Ronald Giphart, maar hou ook van Harry Mulisch. Het boek dat mijn liefde voor lezen heeft aangewakkerd is Eline Vere van Louis Couperus. Dat is zo mooi, omdat het een beroep doet op je belevingswereld. Ik zag helemaal voor me hoe dat ging in Den Haag. Dat is al heel lang geleden hoor, ik weet niet of ik het nu nog leuk zou vinden, haha.’ 

Wat voor parttime werk ga je doen?
‘Een paar nevenfuncties. Commissaris bij een verzekeraar bijvoorbeeld. En ik wil weer ergens gaan werken waar studenten zijn. Door wat losse banen kan ik blijven doen wat ik zo leuk vind: hard nadenken over complexe vraagstukken. Ik kan me geen leven voorstellen waarin ik mijn eigen hersens niet uitdaag.’

Gerard van Assem volgt jou op. Wat zou je hem willen zeggen?
‘Op de HU kun je elke dag weer een ontdekking doen. Zelfs na acht jaar. Dat is een cadeautje. Bijvoorbeeld op hoeveel thema’s wij impact maken in de regio. Het is geweldig om alle HU stories achter elkaar te bekijken, want dan zie je hoeveel wij hier doen. Ik gun hem een hele lange periode van het leren kennen van de HU-gemeenschap. En ik gun hem het voornemen om altijd die nieuwsgierigheid te houden.’

Vanmiddag neem je afscheid. Hoe vind je dat?
‘Ik kijk ernaar uit. Het is spannend, omdat ik geen flauw idee heb wat er gaat gebeuren. Dat vind ik ook heel erg leuk, dus ik ga er erg van genieten. Ik vond het een fantastische organisatie en ben dankbaar dat ik hier acht jaar heb mogen werken.’