Achtergrond

Wat nu, minister Bussemaker?

Minister Bussemaker moet terug naar de tekentafel en een nieuw plan voor een leenstelsel maken. Ze had het roer al veel eerder kunnen omgooien, maar hoopte tot het allerlaatste moment op steun van de oppositie.

Het is de minister vaak gevraagd: is het leenstelsel niet gedoemd te stranden, zolang er in de Eerste Kamer geen meerderheid voor is? 'Ik ben een beetje klaar met die vraag', antwoordde Bussemaker in september. 'Het wetsvoorstel ligt nog helemaal niet in de Eerste Kamer. Ik moet nog zien of het er werkelijk niet doorheen komt.'

Een paar maanden eerder schamperde ze over een voorstel van SP-Kamerlid Jasper van Dijk, die graag een deadline voor het leenstelsel wilde. Om onzekerheid bij onderwijsinstellingen en studenten te voorkomen, zou Bussemaker zich vóór 1 juli moeten verzekeren van een redelijke parlementaire meerderheid of anders moeten afzien van haar plannen. Niets daarvan, antwoordde ze.

Knieval
Toch kwam kort daarna de eerste knieval voor de oppositie. Bussemaker stelde het leenstelsel voor bachelorstudenten een jaar uit. Maar masterstudenten zouden toch echt al in september 2014 hun basisbeurs moeten verliezen, vond ze.

Misschien was dit halve uitstel bedoeld om coalitiepartij VVD te vriend te houden. De partij heeft haast en zou de basisbeurs 'liefst gisteren' afschaffen. 'Ik zou zeggen: dient u uw voorstel vooral in', aldus VVD-Kamerlid Pieter Duisenberg gisteravond in de Tweede Kamer.

Breekijzer
Het kan ook zijn dat ze het leenstelsel voor masterstudenten graag als breekijzer wilde gebruiken. Sommige partijen zouden hier misschien sneller mee instemmen dan met een totaal leenstelsel. Het CDA was er in een eerder kabinet al eens mee akkoord gegaan, dus waarom nu niet? Bussemaker leek ook op een draai van de PVV te rekenen. Die had het afschaffen van de basisbeurs voor masterstudenten immers in het verkiezingsprogramma staan.

Maar CDA en PVV gaven geen sjoege. PVV-Kamerlid Harm Beertema had al eerder laten weten dat zijn partij de minister niet te hulp zou schieten en ook Michel Rog van het CDA benadrukte alleen maar hoe verkeerd het leenstelsel in zijn ogen is.

Investeringen
Dus kwam Bussemaker toch weer bij D66 en GroenLinks uit. Beide partijen zijn voorstander van een leenstelsel, maar dan wel op hun eigen voorwaarden. En die voorwaarden staan ook nog eens op gespannen voet met elkaar. D66 wil vooral veel meer investeringen in onderwijs en onderzoek. GroenLinks wil dat ook, maar het leenstelsel zou daarnaast moeten zorgen voor een hogere aanvullende beurs en lagere collegegelden.

De minister heeft in het herfstakkoord extra geld voor onderwijs gekregen, maar dat is voor D66 nog niet genoeg. De partij heeft in het eigen verkiezingsprogramma anderhalf miljard euro extra voor onderwijs en onderzoek uitgetrokken, nog los van de opbrengsten uit het leenstelsel. Het is maar de vraag of daar een mouw aan te passen valt.

Belastingen
Over één oplossing lijken de partijen het al wel eens te worden: het aflossen. Ze verwijzen allemaal naar econoom Bas Jacobs, die voorstelde om studenten hun schuld via de fiscus te laten aflossen met een vast percentage van hun inkomen. Ook zouden ze langer de tijd moeten krijgen om terug te betalen. Hoewel de VVD zoiets waarschijnlijk liever niet via de belastingen regelt, lijkt dit toch het kleinste probleem in de discussie.

Ook de aanvullende beurs voor kinderen van weigerachtige of onvindbare ouders zal behouden blijven. Dat kan niet anders, gezien de wens van een ruime Kamermeerderheid, inclusief de PvdA. Minister Bussemaker wijst wel op de kosten, maar zal niet echt tegenstribbelen. Alleen de VVD wil deze regeling nog afschaffen, verder niemand. En gezien het hogere doel zullen ook de liberalen er geen halszaak van maken.

Te optimistisch
Rest de vraag waarom het zo lang duurde voordat minister Bussemaker toegaf dat ze ook het leenstelsel voor de masterfase moest uitstellen. Ook betrokken politici lijken het niet helemaal te begrijpen. 'Gebrek aan ervaring kan het niet zijn', zegt één van hen. Maar wat dan wel? Misschien was ze te optimistisch en dacht ze werkelijk dat CDA en PVV nog konden bijdraaien. Ze heeft intussen ingezien dat dit niet zal gebeuren.