Of het nu gaat om huidcrèmes, wachtwoorden of gebarentaal: elke studie heeft zo zijn specialiteit. In de serie ‘Student-specialisten’ vragen we studenten advies over iets waar zij alles van weten. Ditmaal: hoe begin je een eigen bedrijf en hoe houd je het vol?
- Zie ook de andere afleveringen in deze serie tips van student-specialisten
We vragen het aan twee studenten van de opleiding Ondernemerschap en Retail Management (ORM). Anne-Roos (21) heeft een bedrijf in gepersonaliseerde kleding, Vin (20) een eigen limoncello-merk.
Het begin
‘Ik had nooit de intentie om een eigen bedrijf te beginnen: het kwam uit de lucht vallen’, vertelt Anne-Roos. Voor het vak tekenen op haar middelbare school ontwierp ze een hoodie voor vriendinnen. ‘Ze zeiden: hier moet je iets mee doen. Dit kan wat worden.’
Ook bij Vin is zijn bedrijf per toeval ontstaan. ‘Anderhalf jaar geleden zat ik met een vriend op het terras. We hadden eigenlijk een voetbalwedstrijd, maar die ging niet door. Onder het genot van wat biertjes hadden we het over onze toekomstplannen. En toen bleek dat we allebei graag een eigen bedrijf wilden beginnen.’
Anne-Roos bedacht een naam – WEAR the LABEL-, maakte een Instagrampagina en begon met de eerste bestellingen van vrienden en familie. ‘Ik werk vooral op bestelling, dus een startkapitaal had ik niet nodig. Dat maakte het laagdrempelig.’
Haar advies is dan ook om niet meteen visitekaartjes te bestellen of een voorraad in te slaan. ‘Dan verlies je niet zoveel als het toch geen succes blijkt.’
Voor Vin en zijn vriend was het duidelijk dat ze iets wilden verkopen wat hip is én blijft. En ze houden allebei wel van een drankje. ‘Als een drankje lekker is, koop je het opnieuw. We wilden iets biologisch en handgemaakt, om onszelf te onderscheiden.’
Een bedrijf met huisgemaakte limoncello dus. Vin dook de keuken in en testte samen met zijn vriend maandenlang allerlei limoncello-recepten. De naam? ‘No game, van de voetbalwedstrijd die niet doorging.’
Vin (20) – Tweedejaars ORM
‘Hiervoor deed ik de mbo-opleiding Accountmanager. Het ging veel over sales. Ik wilde een vervolgstudie doen, een hbo-opleiding, en toen kwam ik deze opleiding tegen. De focus op ondernemerschap en de vrijheid spreken me aan. En ik wist dat ik hier mijn eigen bedrijf kon starten en uitwerken.’
Testfase
De eerste grote bestelling maakte Vin voor een huisfeest. ‘De eerste honderd flessen waren binnen anderhalve dag op.’
Daarna zocht hij contact bij grotere bedrijven. Er komt veel kijken bij het starten van een eigen bedrijf, vooral als je alcohol verkoopt. Dat had Vin niet helemaal aan zien komen. ‘Je moet veel vergunningen hebben. Om die reden verkopen wij nu alleen aan restaurants, groothandels en slijterijen. Daarvoor is minder wetgeving, al moet je dan nog steeds aan de hygiëne HACCP-regels voldoen.’ Ze moeten 21 zijn voordat ze een slijterijvergunning mogen, en daarna mogen ze aan particulieren verkopen.
‘In onze studie leren we over methodes voor het starten van een eigen bedrijf’, zegt Anne-Roos. ‘En daar sta ik zeker achter. Maar mijn advies voor de lezers is ook: gewoon starten. Ga een keer op je plaat, en leer daarvan.’ Is zij ooit ‘op haar plaat’ gegaan? ‘Ja, ik heb een lijn met zeefdruk ontwikkeld. Toen kocht ik 75 hoodies in, zonder te weten of er vraag naar was. Uiteindelijk heb ik er veel verkocht, maar er liggen er nog steeds 25… Je moet risico’s durven nemen, maar eerst wel kijken of er vraag naar is.’
Is er vraag naar?
Hoe weet je of er vraag is naar jouw product? Anne-Roos: ‘Verzin geen idee dat niemand nodig heeft. Een sneeuwbalgooiapparaat bijvoorbeeld.’ Op hun studie leren ze door interviews en enquêtes te kijken of er vraag naar is. ‘Vraag niet aan je moeder of ze het een goed idee vindt, want zij zal alles toejuichen.’ Zo’n doelgroeponderzoek heeft Anne-Roos zelf nooit gedaan. ‘Ik begon te verkopen in mijn kring en dat groeide gaandeweg.’ Maar nu is ze dit voor haar studieopdrachten wel aan het doen.
Vin: ‘Het blijft vooraf lastig te voorspellen of een bedrijf een succes wordt. Ik ben hier gewoon aan begonnen. Bijsturen kan altijd nog.’ Wel is het belangrijk om je ergens in te onderscheiden. ‘Wij doen alles zelf, van begin tot eind. We schillen de citroenen zelf, en plakken onze eigen stickers op de flessen.’
Ervaringen
‘Deel ervaringen met andere ondernemers’, tipt Vin. ‘En vraag advies van experts.’ Zo heeft hij samen met zijn vriend een adviesgesprek bij de Kamer van Koophandel (KvK) gehad. ‘Dat is gratis, een uur lang. We kregen tips, over regelgevingen waarop we moeten letten bijvoorbeeld.’
Grappige filmpjes
Om meer bekendheid te krijgen, zijn ze allebei actief op sociale media. Vin: ‘Daar plaatsen we grappige filmpjes. Als die eenmaal viral gaan, krijg je een steeds groter publiek.’
Anne-Roos: ‘Als klanten een foto sturen van hun trui en ik mag het delen op Insta, is dat meteen marketing voor mij.’ Op Instagram is het belangrijk om consistent te blijven, merkt ze. ‘Plaats bijvoorbeeld om de dag iets, zodat je relevant blijft.’ Omdat ze de afgelopen maanden wat rustiger aan deed, pauzeerde ze ook haar Insta-marketing. ‘Maar ik merk dat er weer bestellingen komen als ik iets plaats.’
Anne-Roos (21) – Derdejaars ORM
‘Na het vwo deed ik de Business Fashion Academy, een jaaropleiding. Ik wilde iets creatiefs doen, maar twijfelde of ik mode of ondernemen leuker vond. Na dit jaar wilde ik nog meer leren over ondernemen, dus koos ik voor ORM. Vriendinnen verklaarden me voor gek, omdat ik ook naar de universiteit kon, maar ik vind dit leuker. Ik kan mijn eigen bedrijf gebruiken als stageplek.’
Vereiste: motivatie
Om het vol te houden, moet je echt gemotiveerd zijn, volgens de studenten.
Anne-Roos: ‘Het kost me veel tijd en geduld. Het verschilt per week: de ene week 40 uur, de andere week 15. Als je er geen energie van krijgt, kun je er beter een dikke rode streep doorheen zetten.’
Vin is er zo’n 20 uur per week aan kwijt, ‘maar eigenlijk wil ik er meer tijd insteken. Het zijn nu vooral de weekenden en avonduren.’ Hij levert zijn vrije tijd in, maar heeft dat ervoor over. ‘Ik heb er plezier in en de positieve reacties en verkoopresultaten motiveren me.’
Toekomstdromen
Vanaf 2025 wil Anne-Roos alleen met circulaire materialen gaan werken. Zo gaat ze tweedehands blazers beschilderen om ze een nieuw leven in te blazen. ‘Ik hoop dat ik kan afstuderen op mijn eigen bedrijf.’ Ze gaat samenwerken met prinses Eloise van Oranje, die een exclusieve vintage winkel heeft, waar zij blazers voor gaat beschilderen.
Ook Vin heeft grote plannen. Als hij 21 is, mag hij alcohol aan particulieren verkopen. Dan komt er een webshop en kunnen ze flink uitbreiden.
ORM
De opleiding Ondernemerschap en Retail Management (ORM) aan de HU telt 326 studenten. In de opleiding leren ze over alles wat erbij komt kijken als je een bedrijf begint, zoals conceptontwikkeling, marketing en besluitvorming. Tijdens hun opleiding beginnen ze al met een start-up.
