Nieuws

College en Hogeschoolraad botsen over opheffing faculteiten

De opheffing van de faculteiten lijkt vertraging op te lopen. De Hogeschoolraad (HSR) heeft woensdagmiddag 16 november niet ingestemd met de ‘Overgangsregeling medezeggenschap’. Dat is een van de voorwaarden om tot de wijziging van de organisatie per 1 januari 2017 over te kunnen gaan.

De HSR stemde wel unaniem in met  het aangepaste bestuurs- en beheersreglement (BBR). Dat reglement stuitte aanvankelijk op veel kritiek van de HSR, faculteitsraden en Personeelsraad van HU Diensten. Te top-down en te weinig aandacht voor instituten en teams, was de teneur.

Maar ook de ‘Overgangsregeling medezeggenschap’ moest woensdag worden goedgekeurd. Die is nodig om met ingang van het nieuwe kalenderjaar de faculteiten op te heffen. De bestaande instituten worden de leidende eenheden en krijgen deels nieuwe taken en bevoegdheden. Omdat met de faculteiten ook de faculteitsraden stoppen moet de medezeggenschap in de instituten geregeld worden.

Instituutsraden
In het voorstel van het college van bestuur komen er 22 instituutsraden, bestaande uit drie studenten en drie medewerkers (bij grote instituten maximaal acht leden). Verschillende onderdelen van het reglement stuitten echter op stevige kritiek vanuit de medezeggenschap. Bij goedkeuring zouden half december verkiezingen plaatsvinden.

Enkele kritiekpunten van een HSR-commissie was dat de kandidaten van de instituutsraden te weinig tijd hebben om de verkiezingen voor te bereiden en dat zes leden voor een instituutsraad te weinig is, blijkt uit een advies. Ook de vergoedingen voor dit werk moet omhoog. De commissie vraagt daarom om uitstel van een half jaar tot september 2017.

Toezeggingen
Het college kwam woensdagmiddag gedeeltelijk tegemoet aan de kritiek. Zo stelt het college 25.000 euro beschikbaar om de verkiezingen te organiseren, wordt de vergoeding voor het raadswerk voor de periode van drie maanden verdubbeld en er komt een mogelijkheid om een aspirant-lid aan de instituutsraad toe te voegen. Dat laatste in overleg met de instituutsdirecteur.

Deze toezeggingen waren niet voldoende voor de raad. Breekpunten waren in ieder geval dat de instituutsraden uit minimaal uit acht leden moeten bestaan en dat de verhoging van raadswerkvergoeding voor een langere periode moet gelden. Ook bepleit de studentgeleding van de HSR een verhoging van de vergoeding voor hun inspanningen.

Onderhandelingstafel
‘Het college van bestuur heeft besloten niet in te gaan op onze eisen’, zei HSR-voorzitter Joost Ansems, nadat hij met de andere leden van het dagelijks bestuur terugkwam van de onderhandelingstafel. Met 16 stemmen tegen en drie onthoudingen is de ‘Overgangsregeling medezeggenschap’ verworpen.

Het college was begin van de avond niet bereikbaar voor een reactie en bereidt een communiqué voor.

UPDATE
Omdat de Hogeschoolraad niet heeft ingestemd met de ‘Overgangsregeling medezeggenschap’ is opheffing van de facultaire structuur per 1 januari 2017 ’niet meer haalbaar’, schrijft het college van bestuur in een bericht op Sharepoint (inloggen). ‘Het College van Bestuur wacht op de inhoudelijke onderbouwing van de niet-instemming en beraadt zich op de ontstane situatie en de implicaties daarvan voor de voortgang van “HU Gericht in Beweging”.’