Een veel gehoorde klacht van docenten is dat zij nooit eens gewoon met de les kunnen beginnen. Hoe voorkom je...
‘Ik word er kriebelig van als ik me voorstel dat het leven geen zin heeft.’
Als er brand uitbreekt, klimt Marleen het dak op.
‘Als iemand geen havermoutpap lust. Dat is pas een afknapper!’
Studenten worden vaak aan het werk gezet met opdrachten. Maar vaak gaat het mis bij de instructies.
Alleen om zijn kamer te behouden, zou Remon al willen doorstuderen.
Alard Joosten geeft de vijf pijlers van een goede les. Niet lesgeven, maar leren staat centraal.
Merel koopt het liefst niks nieuws voor haar kamer.
Docenten werken vooral VOOR studenten. Daarmee worden ze niet actiever. Hoe dan wel?
‘Mijn moeder gaat wel eens in haar trainingsbroek boodschappen doen. Dat vind ik verschrikkelijk.’
Studenten zijn lui, ze willen niets, ze zijn alleen gefocust op het halen van hun studiepunten. Kan dat niet anders?
‘Ik neem me elke maandag voor goed te ontbijten maar dat gaat vaak vanaf dinsdag al mis...’
