Nieuws

Nog even over de Keuzegids: volgend jaar kunnen we oogsten, denkt Jan Bogerd

Foto: Jan Willem Groen

Veel is er niet veranderd in de Keuzegids, constateert ook Jan Bogerd, voorzitter van het College van Bestuur. En dus is het wachten op volgend jaar: ‘We kunnen nu de interventies van de afgelopen drie jaar gaan oogsten’, is zijn verwachting.

Dit jaar kreeg Jan Bogerd weinig reacties op de bekendmaking dat de HU weer laatste stond in de ranglijst van hogescholen, opgemaakt door de Keuzegids. Veel minder dan vorig jaar. ‘Er zit meer nuance in de berichtgeving, ook vanuit de Keuzegids’, brengt Bogerd als mogelijke verklaring daarvoor naar voren. Zo meldde de Keuzegids zelf in een interview met RTV Utrecht dat er sprake was van een stijgende lijn voor de HU. Waarop een berichtje volgde met studenten die vooral positief waren over de HU. Alleen AD/Utrecht ving vooral negatieve geluiden op.

En er is nog een verklaring voor de verminderde aandacht: de ranglijstjes zijn immers voor 70 procent gebaseerd op studentoordelen uit de Nationale Studenten Enquete (NSE). En die werd dit jaar stopgezet bij de hbo’s. Veel oud nieuws dus, en eventuele verschuivingen in de ranglijsten bij opleidingen zijn alleen te verklaren door andere doorstroom- en slagingspercentages.

Verschillen

Toch blijven er nog vragen over. Want hoe kan het toch dat de HU enerzijds vier topopleidingen heeft en anderzijds elf opleidingen met maar 1 uit 5 sterren in de Keuzegids? Wat doen die vier opleidingen nou zo goed? Het gaat dan om Mondzorgkunde, Fysiotherapie, Technische Bedrijfskunde en Medische Hulpverlening.

‘Vaak gaat het om opleidingen met een duidelijk beroepsprofiel, met gedreven docenten en studenten. Dat is een ander profiel dan bij brede opleidingen zoals Communicatie en sommige economische opleidingen’, verklaart Bogerd. En wat betreft de vier lerarenopleidingen die slechts 1 ster halen, is voor hem de verklaring ook duidelijk: ‘Er is daar een landelijk probleem. Er zijn heel veel extra eisen gesteld aan die opleidingen, en nu zien we meer uitval. Het is verklaarbaar, maar wel een punt van aandacht. Waarbij de accreditaties laten zien dat de onderwijskwaliteit echt heel goed is.’

Verbeteringen

Over het algemeen heeft de HU de succesfactoren voor goed onderwijs op een rij, vindt Bogerd. Het gaat over werken met studenten in leerteams, met aandacht voor community en innovatie. Er zijn trajecten ingezet voor herhuisvesting, onderwijsinnovatie en herontwerp van opleidingen. Daarop is drie jaar geleden ingezet en het kost nou eenmaal tijd voordat het vruchten afwerpt. Maar, zegt Bogerd: ‘Ik heb de indruk dat we kunnen oogsten.’ En dan gaat het ook om opleidingen die nu een matige of slechte beoordeling krijgen: ‘We zien in onze eigen evaluaties daar substantiële verbeteringen.’

Waarbij hij ook nog wijst op het belang van een goede verbinding tussen onderwijs en onderzoek. ‘Bij de zorg-opleidingen hebben we daarin een lange traditie en dat zie je terug in het resultaat. Ook bij social work is die verbinding met het onderwijs sterk – en  ook dat leidt tot betere onderwijskwaliteit. Bij de economische opleidingen liepen we daarin wat achter. Maar ook daar maken we stappen, met een aantal nieuwe lectoren, in onderzoek naar de digitale transitie. Dat zal zich gaan uitbetalen, dat kan niet anders.’

Zijn verwachting: volgend jaar scoort de HU beter. Dus ook geen laatste plaats meer? ‘Ik weet niet of andere hogescholen misschien ook beter gaan scoren, dat kan. Maar ik heb vertrouwen dat we er volgend jaar beter voor staan.’